Stichting Houtense Hodoniemen

Onderzoekt straatnamen, boerderijen, onroerend goed en adellijke families in Houten en omgeving

Familie Van Hardenbroek -

's-Heeraartsberg, Bergambacht en Ammerstol

Familiewapen Van Hardenbroek (Wikipedia). Familiewapen Van Hardenbroek (Wikipedia).



Van Hardenbroek (ook: Van Hardenbroek van Ammerstol, Van Hardenbroek van de Kleine Lindt, Van Hardenbroek van Lockhorst en: d'Aumale van Hardenbroek) is een van de oudste adellijke eslachten van Nederland en leden ervan behoren sinds 1814 tot de Nederlandse adel van het koninkrijk.


Situatietekening van de plattegrond van de heerlijkheid ’s-Heeraartsberg en Bergambacht, 18e eeuw. Bron: HetUtrechts Archief, 1010 3172. Situatietekening van de plattegrond van de heerlijkheid ’s-Heeraartsberg en Bergambacht, 18e eeuw. Bron: HetUtrechts Archief, 1010 3172.


  

Geschiedenis

Portret van Cornelia Jacoba van Hardenbroek (1722-1813), huwde in 1745 met Louis de Saint Amant. Bron: RKD. Portret van Cornelia Jacoba van Hardenbroek (1722-1813), huwde in 1745 met Louis de Saint Amant. Bron: RKD.



De stamreeks begint met Gijsbert van Hardenbroek, heer van Hardenbroek, ridder, die vanaf 1332 wordt vermeld. Leden van het geslacht bewoonden in de 14e eeuw kasteel Hardenbroek onder Driebergen.

Bij Souverein Besluit van 28 augustus 1814 werden twee leden van het geslacht benoemd in de ridderschap, in 1815 een derde en bij KB van 26 april 1822 werd voor leden van het geslacht de titel van baron(es) erkend.

Kasteel Hardenbroek lijkt vanaf de stichting eigendom van leden van deze familie te zijn geweest. In 1684 werd het verkocht en pas in 1748 kwam het opnieuw in de familie Van Hardenbroek.

Daarna kwam het via afstamming in bezit van Henriette Arnoldine barones van Hardenbroek van Lockhorst-Snouck Hurgronje, vrouwe van Hardenbroek (1912-1994) die het huis heeft nagelaten aan haar zoon jhr. Francis Loudon (1938), lid van de familie Loudon waarmee het opnieuw buiten bezit van de familie Van Hardenbroek kwam.


Portret van Caroline Jacqueline de Pesters (1807-1891). Waarschijnlijk geschilderd door Heinrich Siebert in de periode 1840-1860. Bron: CentraalMuseum.nl. Portret van Caroline Jacqueline de Pesters (1807-1891). Waarschijnlijk geschilderd door Heinrich Siebert in de periode 1840-1860. Bron: CentraalMuseum.nl.


Portret van W.N. Pesters, heer van Wulperhorst, geboren 1717, leider van de Oranjepartij te Utrecht, overleden 1794. Te halve lijve links, met oranje sjerp in 1752. Bron: HUA, catalogusnummer: 39129. Portret van W.N. Pesters, heer van Wulperhorst, geboren 1717, leider van de Oranjepartij te Utrecht, overleden 1794. Te halve lijve links, met oranje sjerp in 1752. Bron: HUA, catalogusnummer: 39129.


   

Kasteel Hardenbroek

Straatnaambord 'Baron van Hardenbroeklaan' te Bergambacht in 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Baron van Hardenbroeklaan' te Bergambacht in 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Langbroekerdijk 24, Driebergen-Rijsenburg, gem. Utrechtse Heuvelrug.

Naar een tekst van Nicki Bullinga en Jan Kamphuis.

Uit het boek Kastelen en ridderhofsteden in Utrecht, 

onder redactie van B. Olde Meierink, Utrecht, Uitgeverij Matrijs, 1997.

Aangevuld met diverse afbeeldingen en foto's door SHH uit diverse bronnen.



Kasteel Hardenbroek vanuit het noorden gezien in 1995. Foto: Provincie Utrecht, Henk Bol. Kasteel Hardenbroek vanuit het noorden gezien in 1995. Foto: Provincie Utrecht, Henk Bol.



HARDENBROEK LIGT AAN DE PROVINCIALE WEG halverwege Cothen en Werkhoven, in de gemeente Driebergen-Rijsenburg'. De naam Hardenbroek is afgeleid van de ligging. De ondergrond is harde, zware klei in moerasland; broek betekent moerasland.



Geschiedenis 

Tekeningen door W. van Putten van het land De Kievietshoek en aangrenzende percelen land bij de Kromme Rijn, de Zandweg naar Utrecht, de Achterdijk en De Leemkolk, met opgave van de plaatsen waar de riddermatige grenspalen met het land van de heer van Hardenbroek geslagen moeten worden. Ingekleurd, ca. 1840. Bron: HUA, 1010, 3109. Tekeningen door W. van Putten van het land De Kievietshoek en aangrenzende percelen land bij de Kromme Rijn, de Zandweg naar Utrecht, de Achterdijk en De Leemkolk, met opgave van de plaatsen waar de riddermatige grenspalen met het land van de heer van Hardenbroek geslagen moeten worden. Ingekleurd, ca. 1840. Bron: HUA, 1010, 3109.



De oudste vermelding van de naam Hardenbroek stamt uit 1331, wanneer er sprake is van de broers Gijsbert en Wouter van Hardenbroek. Het is aannemelijk dat hun vader dus reeds op Hardenbroek woonde. Het wapen van de Van Hardenbroeks is identiek aan dat van de familie Sterkenburg, maar met een barensteel als toevoeging. Dat betekent dat het gaat om een jongere tak.


Kaart van de ridderhofstad Hardenbroek bij de Hardenbroekerweg met de bijbehorende percelen weiland, akkerland, en bos tot aan de Langbroekerwetering en percelen land doorlopend tot aan de Goyerwetering, ter grootte van 52 morgen en 167 roeden land. In kaart gebracht en ingekleurd door Bernard de Roy, 1688. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2928. Kaart van de ridderhofstad Hardenbroek bij de Hardenbroekerweg met de bijbehorende percelen weiland, akkerland, en bos tot aan de Langbroekerwetering en percelen land doorlopend tot aan de Goyerwetering, ter grootte van 52 morgen en 167 roeden land. In kaart gebracht en ingekleurd door Bernard de Roy, 1688. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2928.



De Van Sterkenburgs stammen af van het geslacht Van Wulven, dat ook bezittingen had in Langbroek. In 1309 is er sprake van drie broers Van Sterkenburg. Het is waarschijnlijk Gijsbert van Sterkenburg die als stamvader kan gelden voor Hardenbroek, dat rond 1300 is ontstaan. Het was
niet ongebruikelijk dat een jongere broer nabij het ouderlijk kasteel een eigen huis stichtte.


            

Portret van Johan Frederik Willem Carel baron van Hardenbroek (1807-1871). Bron: RKD. Portret van Johan Frederik Willem Carel baron van Hardenbroek (1807-1871). Bron: RKD.


Portret van Civile Susanne Jeanne Adolphine barones van Hardenbroek (1804-1840). Bron: RKD. Portret van Civile Susanne Jeanne Adolphine barones van Hardenbroek (1804-1840). Bron: RKD.


       

Akte waarbij de Staten van Utrecht verklaren, dat de weg van huis Hardenbroek naar Cothen niet valt onder de ridderschouw of andere schouwen, maar een eigen weg is van het huis en de heerlijkheid Hardenbroek, 1678 mei 31. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3053. Akte waarbij de Staten van Utrecht verklaren, dat de weg van huis Hardenbroek naar Cothen niet valt onder de ridderschouw of andere schouwen, maar een eigen weg is van het huis en de heerlijkheid Hardenbroek, 1678 mei 31. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3053.



De band met Sterkenburg was stevig. In 1357 waren twee hoeven in bezit van Gijsbert van Sterkenburg, die er een rente op vestig de ten bate van Gijsbert van Hardenbroek. Dat de heren van
Hardenbroek een belangrijk geslacht waren komt onder andere naar voren in de Landsbrief van bisschop Arend van Hoorn uit 1373.

De vierde heer, Gijsbert van Hardenbroek, hechtte zijn zegel aan deze brief met als opschrift: 's. Ghisebrecht van Herdebroec ridder. In 1392 werd het bezit van de familie omschreven als 'die huzinghe ende hofstede tot Herdenbroec's. Het huis wordt dan in leen gehouden van de heren van Vianen, die het houden van Gelre. Dat past in het beeld dat ook de Van Wulvens op Gelre waren gericht.


Akte waarbij de Staten van Utrecht verklaren, dat de weg van huis Hardenbroek naar Cothen niet valt onder de ridderschouw of andere schouwen, maar een eigen weg is van het huis en de heerlijkheid Hardenbroek, 1678 mei 31. Het bijbehorend zegel van de Staten van Utrecht. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3053. Akte waarbij de Staten van Utrecht verklaren, dat de weg van huis Hardenbroek naar Cothen niet valt onder de ridderschouw of andere schouwen, maar een eigen weg is van het huis en de heerlijkheid Hardenbroek, 1678 mei 31. Het bijbehorend zegel van de Staten van Utrecht. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3053.



Tussen 1392 en 1662 is het huis overgegaan van vader op zoon binnen de familie Van Hardenbroek'. Het is niet verwonderlijk dat Hardenbroek in de eerste lijst van ridderhofsteden (27 oktober 1536) werd opgenomen.

Eigenaar van het kasteel was toen Joost, de negende hecer van Hardenbroek: 'Eertuyts te leen behorende aan den Huyse van Sterkenborch, ende nu leenroerig aan den Huyse van Vyanen, die dat houdende is van het forstendom Gelre. De erflijn langs de oudste zoon kwam tot stilstand in 1662. 


Kaart (fragment) van de hofstede De Leemkolk te Werkhoven en Hardenbroek door Justus van Broekhuysen, ingekleurd, 1722. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3775. Kaart (fragment) van de hofstede De Leemkolk te Werkhoven en Hardenbroek door Justus van Broekhuysen, ingekleurd, 1722. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3775.



Toen stierf de dertiende heer van Hardenbroek, Pieter. Hij liet het kasteel na aan zijn neef Hendrik Gijsbert van Hardenbroek. Deze verkocht de ridderhofstad in 1684 aan Cornelis Aerssen van Juchen. Vervolgens werd Adriaan van Rossem beleend en in 1687 werd Pieter Godert van Rossem eigenaar.

Op 22 september 1733 kwam Hardenbroek in handen van Willem Kerckrinck, die het eerst als leen ontving, maar het daarna verkreeg door koop. Hij heeft veel geld in de verbouwing van Hardenbroek gestopt. Zijn weduwe trouwde met Johan George van Raesveld en Hardenbroek werd publiek geveild.


Afbeelding van G.C.D. van Hardenbroek staande bij de deur naar het bordes van het kasteel te 's-Heeraartsberg, met op de achtergrond de kerktoren van Bergambacht. Anoniem, potloodtekening, eind 18e eeuw. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2036. Afbeelding van G.C.D. van Hardenbroek staande bij de deur naar het bordes van het kasteel te 's-Heeraartsberg, met op de achtergrond de kerktoren van Bergambacht. Anoniem, potloodtekening, eind 18e eeuw. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2036.



Maar de nieuwe koper was Johan Adolph van Hardenbroek, heer van Lockhorst, Bergestein, Bergambacht, 's-Heeraartsberg, Klein Ammers en de Kleine Lindt. In rechte lijn was hij de vijfde afstammeling van de tiende heer van Hardenbroek. Deze Johan Adolph van Hardenbroek blies de vader-op-zoon eerstelijn opnieuw leven in.

Het kasteel is tot op heden in het bezit van de familie gebleven. De huidige kasteelvrouwe is hertrouwd met een lid van de familie Loudon. Haar zoon zal het kasteel, waar hij thans reeds woont, erven en zo zal de lijn Hardenbroek overgaan op Loudon. 


 

 BOUWGESCHIEDENIS

Voorgevel van kasteel Hardenbroek met laan en gazon. Foto: Winfried Leemman (fotografie). Voorgevel van kasteel Hardenbroek met laan en gazon. Foto: Winfried Leemman (fotografie).



Het kasteel Hardenbroek zou rond 1300 zijn gebouwd. Hoe dit kasteel er toen heeft uitgezien is niet bekend, omdat het gebouw in de 18de eeuw een ware metamorfose heeft ondergaan. Maar
met behulp van twee tekeningen van Roelant Roghman (1646/1647) is de 17de-eeuwse toestand te reconstrueren. Door de huidige plattegrond met deze tekeningen te vergelijken kan, met
vele slagen om de arm, iets over de vroegste bouwgeschiedenis
Worden verondersteld.  

De hoge vleugel die nog juist achter de poortvleugel is waar te nemen en waarvan de trapgevel te zien is, is in de kelderplattegrond terug te vinden aan de zuidoostzijde van het gebouw. Het blijkt een middeleeuwse zaalbouw te zijn van 13,5 x 6 m met muurdiktes van 0,8 tot 1,2 m. Het steenformaat is 30 à 28 x 14 à 13,5 x 7,5 à 6 cm bij een gemiddelde lagenmaat van 8,11 cm. De kelder heft één groot tongewelf, dat later is onderverdeeld.


Kaart van de ‘Herdenbroecker Hofstadt’, met bijbehorende 22 morgen, 1 hond en 77 roeden land, 2 akkers, tesamen 8 morgen land, voorts 12 morgen, 5 hond en 75 roeden land en 16 morgen, 7½ hond en 76 roeden land, alles gelegen tussen de Hoeffdick met de Hoeffwaterganck, en de Goyerdick met de Goyerwaterganck, 1552, goedgekeurd door Gijsbert van Hardenbroek, 1561. Natekening door Gerbrand Nicolaas Back, 1759, goedgekeurd door L. Pauw, notaris, 1759. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2951. Kaart van de ‘Herdenbroecker Hofstadt’, met bijbehorende 22 morgen, 1 hond en 77 roeden land, 2 akkers, tesamen 8 morgen land, voorts 12 morgen, 5 hond en 75 roeden land en 16 morgen, 7½ hond en 76 roeden land, alles gelegen tussen de Hoeffdick met de Hoeffwaterganck, en de Goyerdick met de Goyerwaterganck, 1552, goedgekeurd door Gijsbert van Hardenbroek, 1561. Natekening door Gerbrand Nicolaas Back, 1759, goedgekeurd door L. Pauw, notaris, 1759. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2951.



Met behulp van dit gegeven is de rest van de bouwkundige details vrij gemakkelijk op de huidige plattegrond te projecteren. Zo blijkt  de schoorsteen van de noordoostvleugel precies op de plaats van de schoorstenen van de huidige keukens te staan.

Slechts de poort met de uitgekraagde bouwmassa daarboven is minder gemakkelijk in de huidige plattegrond te herkennen. Opvallend is het grote aantal uitgekraagde privaten in de noordoostvleugel. Aan de zuidwestzijde is een langwerpige duivenkast aan de muur opgehangen.

 De zaalvleugel bestond uit twee bouwlagen boven de kelder met daarop een zadeldak tussen twee trapgevels. De verdiepingen werden door muurtrappen met elkaar verbonden; in de noordoosthoek van de zaal bevinden zich als restant van deze trappen nog enkele treden in de dikte van de muur. Kennelijk is de noordoostvleugel, die slechts één bouwlaag boven de kelders bevat, daar later tegen aan geplaatst. Want op de hoek van de zaalvleugel is een niet benutte staande tand te zien.


Kaart (fragment) van de ridderhofstad Hardenbroek bij de Hardenbroekerweg met de bijbehorende percelen weiland, akkerland, en bos tot aan de Langbroekerwetering en percelen land doorlopend tot aan de Goyerwetering, ter grootte van 52 morgen en 167 roeden land. In kaart gebracht en ingekleurd door Bernard de Roy, 1688. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2928. Kaart (fragment) van de ridderhofstad Hardenbroek bij de Hardenbroekerweg met de bijbehorende percelen weiland, akkerland, en bos tot aan de Langbroekerwetering en percelen land doorlopend tot aan de Goyerwetering, ter grootte van 52 morgen en 167 roeden land. In kaart gebracht en ingekleurd door Bernard de Roy, 1688. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2928.



Intrigerender is de zuidwestgevel van de zaalvleugel. De schoorsteen blijkt niet in de muur te zijn opgenomen maar ernaast gemetseld te zijn. Alleen al vanwege het warmteverlies is dit een merkwaardige constructie. Op de hoek is een bouwspoor zicht- baar dat zowel op een staande tand als op een afgebroken muur kan duiden. Deze sporen en de brokkelige muur duiden erop, dat ook de zuidhoek van het kasteel bebouwd zal zijn geweest.

Pas vijftig jaar later dan de tekening van Roghman krijgen wij een mysterieuze suggestie aangereikt van wat daar gestaan kan hebben: een hoge toren. Op een schilderij van een heer van
Hardenbroek - dat nog op Hardenbroek hangt- is als achtergrond het kasteel afgebeeld vanuit het noordwesten (zie betreffende afbeelding in hoofdstuk 'Utrechtse kastelen in beeld'). Rechtsboven de poortvleugel is een toren zichtbaar. De toren is echter niet zo gedetailleerd afgebeeld als de rest van het kasteel.

Kennelijk heeft de schilder wel het kasteel naar het leven getekend, maar moest hij voor de toren teruggrijpen op overleveringen.  Overigens kan de toren ook het product zijn van een fantasievolle completering voor de ongetwijfeld als uitermate hinderlijk ervaren bouwval op deze plaats. Ten slotte mag ook niet worden vergeten, dat een kasteel met een middeleeuwse toren de eigenaar meer prestige gaf.


Kasteel Hardenbroek met voorplein en aan beide zijde gazon. Foto: Winfried Leeman (fotografie). Kasteel Hardenbroek met voorplein en aan beide zijde gazon. Foto: Winfried Leeman (fotografie).



In de 18de eeuw heeft men het probleem van de ruïneuze zuidhoek opgelost door er een voorplein van te maken. Vermoedelijk is dit in opdracht van Willem Kerckrinck in 1734 gedaan.

Er ontstond een rechthoekig gebouw, dat een voor die tijd modern uiterlijk kreeg, hoewel vrijwel uitsluitend van bestaande bouw massa gebruik werd gemaakt. In 1748 kocht generaal Johan Adolph van Hardenbrock het kasteel: volgens de koopakte betrof het:  

'De aansienlyke Riddermatige Hofstad en Heerlykhyed HARDENBROEK, met desselfs Logeabel Heere Huysinge met diverse Vertrecken, meest belhangen, leggende rontom in 't water, met syn Stallinge voor Tien Paarden, Koets huys, twee Steene Duyvehocken, Hoender- Hout- en Turfhocken, Slagt en Washuys met een Stookcamer en Badkamer, Tuynmans Woninge, Orangerie, Schuur en Schuurberg, Vier Daghuurders Wooningen en alle aanhorige Bossen, Bouw en Wylanden groot ongeveer 100 Mergen, edog verongeldende voor 96 en een half mergen, voorts alle Emolumenten, Geregtigheedenen Praeëminentiën, als Swaanedriften, Duyve Vlugten, considerabile Visserye en achter Leenen, geleegen in de Provintie van Utrecht onder de Geregten
van Hardenbroek, Werckhoven en Kooten, omtrent 3 uuren gaans van utrecht, hebbende een kley en zandwegh, konnen alles te water tot aan het huys getransporteert worden..., 
 Blijkens de memorie van toelichting had het huis een dubbele gracht en was de huurwaarde 300 gulden per jaar voor: 'de Heere Huysinge cum annexcis met omtrent Vier Mergen Boomgaard voorsien van uytgeleesenste Vrugten met de Tuynen, Parterres, met de Visserye en Duyve Vlugten
'.


Portrettekening van G.C.D. d'Aumale baron van Hardenbroek. Ingekleurd, anoniem uit 1890. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2426. Portrettekening van G.C.D. d'Aumale baron van Hardenbroek. Ingekleurd, anoniem uit 1890. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2426.



Kennelijk voldeed het huis niet aan de wensen van Van Hardenbroek, want in 1762 liet hij het voorplein volbouwen met een prestigieus gebouw. Een steen in de muur heeft het opschrift:
hoog wel geb. jonkheer J.G.A. van Hardenbroek heeft deze steen gelegt den XXVI mai 1762 oudt 9 1/5 jaer'. Boven de nieuwe voordeur werd een fronton geplaatst met het jaartal 1762 en een
timpaan met het wapen van Hardenbroek. Op beide hocken werden door middel van risalieten en hoog oplopende schilddaken torens gesuggereerd.

 Het gebouw was twee verdiepingen hoog boven de kelders. Daarboven werd een zolderverdieping aangebracht waar muurstijlen staan ten behoeve van de kapconstructie. Tegen de noordwestgevel werd een kleine uitbouw geplaatst; deze is echter in 1790 vergroot om het huidige trappehuis op te nemen. Dan bouwt Gijsbert Meyers voor 1.000 gulden Ben uitstek [...] tussen: ramen zoo breed als het vallen kan, ende zoo diep als het tegen overstaande aan de andere zijde van het huijs. Waar de trap in komt het uijtstek te
beginnen...".

 Wanneer de uitbouw aan de zuidoostzijde is gerealiseerd, is niet bekend, evenmin al de voltooing van de bouw. In 1769 werden twee 'schuijframe met zyn toebehoore op de bovekamer opzij'
afgerekend. Ook het interieur werd geleidelijk afgewerkt, zo werd er in 1765 voor 'de vragt voor het papier behang f. 1-4-0 gulden, 4 stuiver en o cent] betaald en werden '20 pak houtedeur cnoppe' geleverd.


Gezicht op de voor- en rechtergevel van het kasteel Hardenbroek te Driebergen met een gedeelte van het omringende park, uit het zuiden inde periode 1850-1900. N.B. De gemeenten Driebergen en Rijsenburg zijn per 1 mei 1931 samengevoegd tot de gemeente Driebergen-Rijsenburg. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 804917. Gezicht op de voor- en rechtergevel van het kasteel Hardenbroek te Driebergen met een gedeelte van het omringende park, uit het zuiden inde periode 1850-1900. N.B. De gemeenten Driebergen en Rijsenburg zijn per 1 mei 1931 samengevoegd tot de gemeente Driebergen-Rijsenburg. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 804917.



De laatste grote verbouwing vond tussen 1789 tot 1793 plaats, waarschijnlijk onder architectuur van Jacob Otten Husleyo. Deze architect, die van huis uit een ambtelijk stucadoor was, is ook
betrokken geweest bij de bouw van de raadhuizen van Groningen en Weesp en van Felix Meritis in Amsterdam.

De vermoedelijk nog middeleeuws ogende achtergevel (zie Roghman) zal niet meer aan het toenmalige modebeeld hebben voldaan, want 3.5 m voor de oude gevel werd een nieuwe geplaatst. Op de hoeken verrezen uitspringende torens.

 Ook dit gebouw kreeg twee verdiepingen boven de kelder met daarboven een mezzanino. Tegelijkertijd werd het oude middeleeuwse gedeelte van een mezzanino voorzien en zowel de
nieuwbouw als de opgehoogde middeleeuwse vleugel werden door drie schilddaken gedekt. Deze schilddaken zijn echter aan het zicht onttrokken door twee kappen evenwijdig aan de zijgevels. In de jaren zestig van de 20ste eeuw zijn deze 18de-eeuwse schilddaken onder één groot plat dak getrokken.


Kasteel Hardenbroek met laan met aan beide zijde bomen. Foto: Winfried Leeman (fotografie). Kasteel Hardenbroek met laan met aan beide zijde bomen. Foto: Winfried Leeman (fotografie).



De werkzaamheden vingen aan met het voor 150 gulden leggen van een dam om de gracht droog te kunnen leggen. In zes weken tijd zou de fundering van het 'nieuwe werk' worden gelegd.

Van 18 augustus tot 12 september 1784 werd er geheid: 151 mandagen werden afgerekend. Kennelijk kostte het heien van één paal een mandag werk, want er werden 150 'heijmasten' aangevoerd.

Aan Gijsbert Meijers werd het bouwen van de 'zaal met twee cabinetten en uitstek voor trap en secreeten' voor 7.200 gulden aanbesteed. Kennelijk waren de pilasters in de torens niet in het
oorspronkelijke plan opgenomen: P.S. Den aannemer heeft hier en boven nog aangenomen aan iedere toren twee pilasters, geaccordeert voor ijder pilaster vijftig guldens.

 Er werden in 1790 voor iets meer dan 217 gulden 8000 'bouwenpannen' gesmoorde dakpannen geleverd om de daken te dekken. In 1791 werden nog eens 3300 pannen geleverd.
Vermoedelijk werden zij afgehangen aan de dakschilden die aan het zicht onttrokken waren. Want de lootgieter en leyedecken baes' ontving in 1791 1.200 gulden.

Een nogal fors bedrag in vergelijking met de kosten voor de dakpannen. Dus alleen de in het zicht zijnde dakvlakken kregen een leibedekking. In 1791 werden 'Engelse' en 'luijkse' marmeren schoorsteenmantels en 'witte marmeren vloersteenen' geleverd. De bouwheer heeft de voltooiing van deze riante uitbreiding niet meer mogen meemaken.

Hij stierf in 1791. In 1792 brandde het zuidelijke koetshuis af en werd vervangen door een grotere met een stalling voor twaalf paarden. De aannemer was weer G.C. Meijers, die het werk op 15 maart 1792 voor f. 732 gulden aannam.


Gezicht op de voor- en rechtergevel van het kasteel Hardenbroek (Langbroekerdijk 24) te Driebergen-Rijsenburg in 1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92525. Gezicht op de voor- en rechtergevel van het kasteel Hardenbroek (Langbroekerdijk 24) te Driebergen-Rijsenburg in 1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92525.



Oorspronkelijk rees een muur uit de gracht omhoog waarop een zwaar ijzeren hek stond om het voorplein af te sluiten. Kennelijk was de ontsluiting toen nog steeds, zoals in de middeleeuwen, vanuit het zuidwesten. In 1816 zakte bij een stortregen alles in de gracht en werd deze toegang niet meer opgebouwd; de oever van de gracht werd glooiend gemaakt.

Op de begane grond van de zaalbouw vindt men thans een verzameling familieportretten, waarvan het oudste rond 1500 geschilderd is. In de zogenaamde eetkamer, de zaal in het midden van de achtergevel, is in december 1989 een plafondschildering aangebracht van Cornelis Troost; de schildering is afkomstig van een huis op de Herengracht te Amsterdam.



OMGEVING
Portret van Elisabeth Henriette barones van Hardenbroek (1881-), huwde in 1905 met Louis Rutgers van Rozenburg. Bron: RKD. Portret van Elisabeth Henriette barones van Hardenbroek (1881-), huwde in 1905 met Louis Rutgers van Rozenburg. Bron: RKD.



In 1735 was J. Iven betrokken bij plannen voor de tuinaanleg direct bij het huis. Bij de koop van 1748 blijken er parterres en boomgaarden te zijn. Ook het grand canal achter het huis moet
toen aanwezig zijn geweest.

Er stonden ook beelden in de tuin, want in 1772 werd een rekening van f 1o1-5-12 [101 gulden, 5 stuiver en 12 cent] betaald voor het afnemen, buijten brengen
en weder met zijn piedestalle op zijn plaats stellen van mermere beelden.. Ook werd de verplaatsing van twee beelden 'in de stadt' naar Hardenbroek geheel in de rekeningen verantwoord.

Wellicht dat de huidige oprijlaan, die in de as van het huis staat, in 1825 is aangelegd. De firma Copijn heeft toen het park aangelegd in Engelse landschapsstijl. Overigens is opvallend dat het
huis niet haaks op het perceel staat maar iets gedraaid. Vooral aan de achterzijde valt dit op omdat de sloten naar een perspecti visch 'verkeerd' verdwijnpunt lopen.


Portret van een heer vermoedelijk uit de familie Van Hardenbroek. Bron: HUA. Portret van een heer vermoedelijk uit de familie Van Hardenbroek. Bron: HUA.



Het Huis Hardenbroek in de zeventiende- en achttiende eeuw


Door Arien Heering: Het Kromme Rijngebied, jaargang 42, nr 1, maart 2008 In de zeventiende en achttiende eeuw werd zowel wat betreft grondbezit en rijkdom, als in architectuur en tuinaanleg de trend gezet door de adel en de regentenfamilies in Holland.

Over die periode gaat dit artikel, waarin het verband tussen de geschiedenis van het
geslacht Van Hardenbroek en de ontwikkelingen in grondbezit, huis en, vooral, tuin-
aanleg centraal staan.


Anonieme tekening uit 1694 die het middeleeuwse karakter van de ridderhofstede Hardenbroek en de eenvoudige tuinaanleg laat zien. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas. Anonieme tekening uit 1694 die het middeleeuwse karakter van de ridderhofstede Hardenbroek en de eenvoudige tuinaanleg laat zien. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas.



 Keeping up with the Nassau's

In 1779 doet het voorname Huis Hardenbroek in niets meer herinneren aan een middeleeuwse ridderhofstede. Tekening van Jan de Beijer. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas. In 1779 doet het voorname Huis Hardenbroek in niets meer herinneren aan een middeleeuwse ridderhofstede. Tekening van Jan de Beijer. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas.



Binnen de Nederlandse elite varmden de verschillende takken van het geslacht Nassau
de top: allereerst de Oranjes met 's-Gravenhage als hoofvestiging, vervolgens de Friese  werd in 1300 met Hardenbroek beleend.

 De woontoren Hardenbroek is waarschijnlijk omstreeks 1260 gebouwd door een jongere
broer Van Wulven of Sterkenburg, die zich daarna Van Hardenbroek is gaan noemen.
De familie Van Hardenbroek groeide in de volgende eeuwen snel uit tot één van de aanzienlijkste adellijke families in het Sticht. 

Bij Pieter, geboren in 1593, begint de voorspoed te kenteren, Pieters carrière begon glansrijk, met functies zoals president van de Ridderschap Utrecht, lid van de Staten Generaal. Hij behoorde tot de intimi van stadhouder van Frederik Hendrik.

Maar Pieter's politieke en maatschappelijke status brokkelde af. Hij maakte schulden, de landbouwinkomsten daalden toen het in de tweede helft van de zeventiende eeuw slechter ging in de landbouw en hij grond moest verkopen. 

Een omstreden katholiek huwelijk tastte zijn reputatie verder aan. Na Pieters dood moest een volgende generatie in 1684 de Ridderhofstad Hardenbroek verkopen aan een burger. In 1733 kocht Willem Kerckrink de Ridderhofstad en pas in 1748 kwam Hardenbroek weer terug in de familie. De koper was Johan Adolph van Hardenbrock.


Het classicistische Hardenbroek met tuin aan de achterzijde van het huis op een tekening van Jan de Beijer uit 1750. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas. Het classicistische Hardenbroek met tuin aan de achterzijde van het huis op een tekening van Jan de Beijer uit 1750. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas.



Diens militaire carrière en het fortuin van zijn echtgenote, de Hollandse patriciërsdochter Susanna van Slingelandt, gaven het geslacht Van Hardenbroek rijkdom, prestige en ook het oude huis terug. De traditie van erfopvolging van vader op oudste zoon werd hersteld. Tot 1960 woonde hier een Van Hardenbroek, naar traditie Gijsbert geheten.

Na zijn dood was zijn weduwe nog 34 jaar kasteelvrouwe en na haar dood nam haar zoon uit haar huwelijk met jhr. Loudon het over.

Grondbezit = inkomsten = rijkdom Utrecht werd vanaf ongeveer 1620 tot 1640 geteisterd door pestplagen, misoogsten, overstromingen en invallen van Spaanse troepen. 

De daaropvolgende grote agrarische depressie duurde van 1670-1750. De verarming van het
geslacht Van Hardenbroek begon in de eerste periode met de landbouwcrisis van 1620-1640
en met Pieter die in diezelfde tijd door zijn handel en wandel zijn politieke hand overspeelde. 
 

Uit het archief van Hardenbroek blijkt niet hoe groot het grondbezit was toen Pieter met de ridderhofstad werd beleend; wel dat Pieter schulden had en grond heeft moeten verkopen, onder andere op last van het Hof van Utrecht ' Leenbrieven en koopakten komen gedurende de hele zeventiende eeuw niet in het archief voor en in 1684 moest de ridderhofstad executoriaal verkocht worden.

Het grondbezit was in 1684 54 morgen en is in 1748, als Johan Adolph Hardenbroek koopt gegroeid tot 100 morgen’ Johan Adolph van Hardenbroek en zijn zoons breidden het grondbezit van Hardenbroek enoem uit Het Van Slingelandt-kapitaal zorg-de ervoor dat de familie de agrarische depressie, die pas in de loop van de achttiende eeuw eindigde, doorkwam.


Catalogus der verkooping van de kapitale hofstede Rhijnenburg met ruim 54 hectaren bouw-, wei- en boom-gaardland, enz. gelegen onder Cothen, (prov. Utrecht), te houden op woensdag 17 april 1895. Met kaart. Ten overstaan van notaris Van Heyst. Wijk bij Duurstede: C. Vonk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 1573. Catalogus der verkooping van de kapitale hofstede Rhijnenburg met ruim 54 hectaren bouw-, wei- en boom-gaardland, enz. gelegen onder Cothen, (prov. Utrecht), te houden op woensdag 17 april 1895. Met kaart. Ten overstaan van notaris Van Heyst. Wijk bij Duurstede: C. Vonk. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 1573.


Op woensdag 17 april van het jaar 1895 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst de verkoop plaats van ruim 54 hectare land behorend bij de hofstede Rijnenburg die daarvoor ooit behoorde bij het landgoed Hardenbroek.Godert Jan baron van Hardenbroek van Ammerstol verkocht de landerijen. Begin akte van beschrijving. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2016 63 2830 1895 jan.-juni 17-04-1895. Op woensdag 17 april van het jaar 1895 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst de verkoop plaats van ruim 54 hectare land behorend bij de hofstede Rijnenburg die daarvoor ooit behoorde bij het landgoed Hardenbroek.Godert Jan baron van Hardenbroek van Ammerstol verkocht de landerijen. Begin akte van beschrijving. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2016 63 2830 1895 jan.-juni 17-04-1895.


Op woensdag 17 april van het jaar 1895 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst de verkoop plaats van ruim 54 hectare land behorend bij de hofstede Rijnenburg die daarvoor ooit behoorde bij het landgoed Hardenbroek.Godert Jan baron van Hardenbroek van Ammerstol verkocht de landerijen. Bijbehorende kaart van verkoopakte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2016 63 2830 1895 jan.-juni 17-04-1895. Op woensdag 17 april van het jaar 1895 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst de verkoop plaats van ruim 54 hectare land behorend bij de hofstede Rijnenburg die daarvoor ooit behoorde bij het landgoed Hardenbroek.Godert Jan baron van Hardenbroek van Ammerstol verkocht de landerijen. Bijbehorende kaart van verkoopakte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2016 63 2830 1895 jan.-juni 17-04-1895.


Portet van Godert Jan Baron van Hardenbroek tot Ammerstol. Bron: HUA, 29-33. Portet van Godert Jan Baron van Hardenbroek tot Ammerstol. Bron: HUA, 29-33.


Op woensdag 17 april van het jaar 1895 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst de verkoop plaats van ruim 54 hectare land behorend bij de hofstede Rijnenburg die daarvoor ooit behoorde bij het landgoed Hardenbroek.Godert Jan baron van Hardenbroek van Ammerstol verkocht de landerijen. Beschrijving van het eerste te verkopen perceel, hofstede Rijnenburg. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2016 63 2830 1895 jan.-juni 17-04-1895. Op woensdag 17 april van het jaar 1895 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst de verkoop plaats van ruim 54 hectare land behorend bij de hofstede Rijnenburg die daarvoor ooit behoorde bij het landgoed Hardenbroek.Godert Jan baron van Hardenbroek van Ammerstol verkocht de landerijen. Beschrijving van het eerste te verkopen perceel, hofstede Rijnenburg. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2016 63 2830 1895 jan.-juni 17-04-1895.


Op woensdag 17 april van het jaar 1895 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst de verkoop plaats van ruim 54 hectare land behorend bij de hofstede Rijnenburg die daarvoor ooit behoorde bij het landgoed Hardenbroek.Godert Jan baron van Hardenbroek van Ammerstol verkocht de landerijen. Beschrijving van de verkochte percelen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2016 63 2830 1895 jan.-juni 17-04-1895. Op woensdag 17 april van het jaar 1895 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst de verkoop plaats van ruim 54 hectare land behorend bij de hofstede Rijnenburg die daarvoor ooit behoorde bij het landgoed Hardenbroek.Godert Jan baron van Hardenbroek van Ammerstol verkocht de landerijen. Beschrijving van de verkochte percelen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2016 63 2830 1895 jan.-juni 17-04-1895.


Op woensdag 17 april van het jaar 1895 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst de verkoop plaats van ruim 54 hectare land behorend bij de hofstede Rijnenburg die daarvoor ooit behoorde bij het landgoed Hardenbroek.Godert Jan baron van Hardenbroek van Ammerstol verkocht de landerijen. Beschrijving van de verkochte percelen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2016 63 2830 1895 jan.-juni 17-04-1895. Op woensdag 17 april van het jaar 1895 vond ten overstaan van notaris H.J. van Heijst de verkoop plaats van ruim 54 hectare land behorend bij de hofstede Rijnenburg die daarvoor ooit behoorde bij het landgoed Hardenbroek.Godert Jan baron van Hardenbroek van Ammerstol verkocht de landerijen. Beschrijving van de verkochte percelen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2016 63 2830 1895 jan.-juni 17-04-1895.


      

Een onbekend notabel persoon uit de achttiende eeuw. Bron: RAZU, schilderij verzameling. Een onbekend notabel persoon uit de achttiende eeuw. Bron: RAZU, schilderij verzameling.


    

 Van ridderhofstad naar classicistisch woonhuis

Het zeventiende eeuwse huis Hardenbroek kennen we uit twee tekeningen van Roelant Roghman uit 1646-1647. De woontoren van Gijsbert van Hardenbroek is daar niet meer op te zien, de grote middeleeuwse zaalbouw nog wel, Het samenstel van de diverse bouwdelen met trapgevels en duiventil biedt nog een middeleeuwse aanblik. Ook in het Sticht was het classicisme, dat rond 1630 in hofkringen begon, toen al lang de heersende bouwstijl en een leidende figuur in de Stichtse Ridderschap als Pieter van Hardenbroek zou deze stijl bij nieuwbouw van zijn eigen huis zeker hebben gevolgd. Architectuur is het visitekaartje van de bewoner; de vervallen muur om de binnen-
plaats zegt genoeg.

Getuige de tekening van Jan de Beijer uit 1750 werd Hardenbroek werd pas een eeuw later door de ‘burger’ Willem Kerckrinck in een classicistisch jasje gestoken. 

Anonieme en ongedateerde schets van een hollands-classicistische tuin uit het Archief Hardenbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 1010. Anonieme en ongedateerde schets van een hollands-classicistische tuin uit het Archief Hardenbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 1010.



Portret van ene heer vermoedelijk van de tak d'Aumale baron van Hardenbroek. Bron: HUA. Portret van ene heer vermoedelijk van de tak d'Aumale baron van Hardenbroek. Bron: HUA.



De eerstvolgende bekende tekening van het huis Hardenbroek is van dezelfde Jan de Beijer uit 1779 en laat een ingrijpende verbouwing in een opvallend monumentale neoclassicistische vormentaal zien.

Er is een mezzanine bijgekomen, een fronton met het familiewapen erin en het huis heeft hoekpartijen gekregen door de hoekrisalieten. De hoge schilddaken daarop moeten de suggestie van torens wekken.


Gezicht op de achtergevel van het kasteel Hardenbroek te Driebergen en het omringende park, uit het oosten in 1850-1900. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 804918. Gezicht op de achtergevel van het kasteel Hardenbroek te Driebergen en het omringende park, uit het oosten in 1850-1900. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 804918.



Ook de entree is monumentaler geworden en met een timpaantje bekroond waarin het jaartal 1762 staat, Johan Adolph was er veel aan gelegen geweest om het geschonden imago van zijn familie uit 

te wissen in een imposante architectuur die de ‘burgerepisode' tiet verbleken.



De tuin verandert mee met het huis

Met de opkomst van het classicisme doet de in de architectuur nagestreefde harmonie in de  onderlinge maatverhoudingen ook haar intrede in de tuinaanleg.

De tuinstijl die het Hollands
Classicisme wordt genoemd. kenmerkt zich door een rechthoekige, gesloten aanleg omgeven door lanen of grachten met boomsingels.

De centrale as werd vanuit het huis doorgetrokken in de tuin en ter weerszijden daarvan werden symmetrisch vierkante of rechthoekige tuinbedden aangelegd. De bedden het dichtst bij het huis waren in het algemeen bestemd voor de siertuin, meer naar achteren lagen achtereenvolgens de moestuin, de boomgaard en de hakhoutbosjes.

De parterre op de achterkant van de nota van 29 juli 1753. Bron: Het Utrecht Archief, 1010. De parterre op de achterkant van de nota van 29 juli 1753. Bron: Het Utrecht Archief, 1010.


          

Op dinsdag 24 mei van het jaar 1870 vond ten overstaan van notaris Berardus Gertrudus van Heijst uit Wijk bij Duurstede in de herber van Jan Kronenburg te Langrboek een veiling plaats van vast- en onroerend goed van de heer Gijsbert Carel Duco d'Aumale baron van Hardenbroek van Hardenbroek. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1933, aktenummer: 1941. Op dinsdag 24 mei van het jaar 1870 vond ten overstaan van notaris Berardus Gertrudus van Heijst uit Wijk bij Duurstede in de herber van Jan Kronenburg te Langrboek een veiling plaats van vast- en onroerend goed van de heer Gijsbert Carel Duco d'Aumale baron van Hardenbroek van Hardenbroek. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063, 1933, aktenummer: 1941.


   

Zeventiende eeuw

Rond 1650 had het Hollands Classicisme zijn intrede op Hardenbroek nog niet gedaan,

want op de tekeningen van Roghman blijkt niet of nauwelijks sprake te zijn van een tuin.
Het enige element dat aan de aanleg van een siertuin doet denken is de berceau (loofgang), een veel voorkomend element in een Renaissancetwin.

Er zijn boomsingels geplant ter weerszijden van het huis en er staan boomgroepen aan de achterkant, maar van een duidelijk zichtbare tuin- of parkaanleg is geen sprake.

Nota van Ludovicus Iven voor een tuinaanleg gedateerd 29 juli 1735. Bron: Het Utrechts Archief, 1010. Nota van Ludovicus Iven voor een tuinaanleg gedateerd 29 juli 1735. Bron: Het Utrechts Archief, 1010.



Situatieschets, met aanduiding van de plaatsen waar de riddermatige palen geplaatst zullen worden in de omlgeving van de Buitenplaats Hardenbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3108. Situatieschets, met aanduiding van de plaatsen waar de riddermatige palen geplaatst zullen worden in de omlgeving van de Buitenplaats Hardenbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3108.



In het archief van Hardenbroek bevindt zich een getekende plattegrond, helaas niet gedateerd en anoniem, van een simpele versie van een gecombineerde sier- en nutstuin. De plattegrond is heel schematisch opgebouwd uit losse elementen, de centrale as loopt vanuit het buis door in de tuin en bruggeties scheiden de vier compartimenten van de ‘blomtuijn' van de ‘moestuijn' en de ‘boogert’. Direct naast het huis ligt heel praktisch de ‘blijck’ en daarachter de ‘aspersie hof . De bruggetjes doen vermoeden dat er twee dwarsgrachten lagen binnen een door lanen omgeven rechthoek.

Het Utrechts Archief dateert deze anonieme tekening op circa 1750 maar dat lijkt mij te laat. Een dergelijke tuinaanleg laat zich beter dateren in de tweede helft van de zeventiende
eeuw.


Gezicht op kasteel Hardenbroek te Driebergen temidden van de slotgracht, met links de brug naar de voorburcht, uit het zuidoosten in 1720-1740. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 107363. Gezicht op kasteel Hardenbroek te Driebergen temidden van de slotgracht, met links de brug naar de voorburcht, uit het zuidoosten in 1720-1740. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 107363.



Een mogelijke aanwijzing dat de ridderhofstad toen een hollands-classicistische tuin
gehad zou kunnen hebben komt uit een anonieme tekening van Hardenbroek in 1694 waar op
de voorhof rechthoekige tuinbedden zijn aangelegd.

Een tuinaanleg aan de achterzijde van het huis zoals op de anonieme plattegrond zou hiermee goed te verenigen zijn, ook wat het jaartal betreft. Volgens de plattegrond op een landmeterkaart van 1688 was er in dat jaar echter geen classicistische tuinaanleg aan de achterzijde van het huis, dus het blijft gissen of dit ontwerp ooit is uitgevoerd.


Portret van Johanna Adolphine Louise van Hardenbroek (1864-1944), gehuwd met Johan Elias Nicolaas baron Sirtema Van Grovestins (1842-1919). Portret uit 1908. Bron: RKD.nl. Portret van Johanna Adolphine Louise van Hardenbroek (1864-1944), gehuwd met Johan Elias Nicolaas baron Sirtema Van Grovestins (1842-1919). Portret uit 1908. Bron: RKD.nl.



Achttiende eeuw

Straatnaambord 'Hardenbroek' in de Amersfoortse wijk Schothorst in augustus 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Hardenbroek' in de Amersfoortse wijk Schothorst in augustus 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.



De modieuze tuinstijl in 1750 is een geheel andere dan die van het anonieme tuinplan. De tekening van Jan de Beijer uit 1750 laat zien dat, hoewel het hondenhok nog op het voor plein staat, het beeld van Hardenbroek toch vooral bepaald wordt door de aanleg van de tuin aan de achterkant die samenhangt met het classicistische huis op de voorgrond. De met hagen en boomsingels omsloten tuin wordt op de centrale as vanuit het huis doorbroken; de gracht heeft een halfronde vorm gekregen met daarachter terrassen en sierbeplanting. 

Een tuinaanleg die eindigt in een halve cirkelvorm en onderbroken wordt door een centraleas die in het oneindige voortloopt, is een geliefd motief in de Franse barok-classicistische tuinaanleg die vanaf het eind van de zeventiende eeuw in zwang raakte en waarvan in de onmiddellijke omgeving van Langbroek de formele tuinen van Slot Zeist uit circa 1680 het grote voorbeeld waren.

Dergelijke formele tuinen waren strikt symmetrisch ter weerszijden van de centrale as ingedeeld en volgens strenge regels en maatverhoudingen opgebouwd. De maten van de verder van het huis gelegen elementen bepaalden de afmetingen van de dicht bij het huis gelegen elementen, tot en met de exacte hoogte en breedte van hekken en hagen.


Gezicht over de toegangsbrug en het voorplein met de bouwhuizen op de voorgevel van het huis Hardenbroek bij Driebergen uit het zuidwesten in 1750. N.B. De gemeenten Driebergen en Rijsenburg zijn per 1 mei 1931 samengevoegd tot de gemeente Driebergen-Rijsenburg. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201371. Gezicht over de toegangsbrug en het voorplein met de bouwhuizen op de voorgevel van het huis Hardenbroek bij Driebergen uit het zuidwesten in 1750. N.B. De gemeenten Driebergen en Rijsenburg zijn per 1 mei 1931 samengevoegd tot de gemeente Driebergen-Rijsenburg. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201371.



In het archief van Hardenbroek zit een nota van 50 gulden voor truinaanleg van Ludovicus Iven, gedateerd 29 juli 1735 met op de achterzijde een prachtig ingekleurde parterre Parterres lagen gewoonlijk dicht bij het huis en de fraaiste exemplaren hoorden over de hele breedte direct tegen het huis aan te liggen.  

Samen met de terrassen vormden zij als het ware de overgang tussen interieur en exterieur.
Parterres zoals die van Iven, zogenaamde parterres de broderie, werden gekenmerkt door ingewikkelde 'kanten' patronen en waren erg duur in aanleg en onderhoud. Het patroon
werd uitgelegd in planten en steenslag. De witte open ruimten bestonden meestal uit zand.
Voor de randen, de pate bandes, werd vaak buxus gebruikt.
 

Populair waren ook gras of bloemen met lage rozenstruiken, soms met op regelmatige afstanden in lage vormen gesnoeide dwergboompjes ertussen. Buxus en bloemen stonden in opgehoogde bloembedden, soms alleen rondom de parterre, soms ook in het midden.

In het parterre van Iven zouden de grijze delen dus beplant kunnen zijn geweest en de terra gekleurde delen mogelijk zijn uitgelegd in steen- of marmerslag. We weten echter niet of en, zo ja, waar zijn parterre is uitgevoerd. Omdat een schaal ontbreekt, zijn ook de afmetingen van de parterre onbekend.


Luchtfoto van kasteel Hardenbroek met het omliggende park (Langbroekerdijk 24) te Driebergen-Rijsenburg, vanuit het zuidwesten in 1995. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842220. Luchtfoto van kasteel Hardenbroek met het omliggende park (Langbroekerdijk 24) te Driebergen-Rijsenburg, vanuit het zuidwesten in 1995. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842220.



Het is niet precies bekend of Johan Adolph naast het huis ook de tuin ingrijpend heeft veranderd. Als hij het huis koopt is er al een oranjerie op het voorplein. Vanaf de late achttiende eeuw begon de aanleg van landschappelijke tuinen naar Engels voorbeeld, aanvankelijk binnen de vakken van een barokke tuinstructuur. Meestal begon het nabootsen van meer natuurlijke werd in het achterste gedeelte van de tuin, soms in een aparte rondwandeling.

In het archief van Hardenbroek bevindt zich een ingekleurd ontwerp voor een parkaanleg met hevig slingerende paden en waterlopen in een bebost en glooiend terrein. Hier heeft de ongerepte natuur van Arcadia volledig de plaats ingenomen van de geometrie. De tekening is ongedateerd en niet gesigneerd.

Of Hardenbroek in Johan Adoplh's tijd ergens deze vroeg-landschappelijke tuin heeft gehad is goed mogelijk, maar het enkele ontwerp biedt daarover geen zekerheid. Gezien de voortdurende moeite en kosten die Johan Adolph zich heeft getroost om Hardenbroek te verfraaien is het waarschijnlijk dat zijn bemoeienis ook de tuinaanleg heeft gegolden. 


Gezicht over de gracht op de achtergevel van het kasteel Hardenbroek te Driebergen uit het noordoosten in 1905-1907. N.B. De gemeenten Driebergen en Rijsenburg zijn per 1 mei 1931 samengevoegd tot de gemeente Driebergen-Rijsenburg. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 9934. Gezicht over de gracht op de achtergevel van het kasteel Hardenbroek te Driebergen uit het noordoosten in 1905-1907. N.B. De gemeenten Driebergen en Rijsenburg zijn per 1 mei 1931 samengevoegd tot de gemeente Driebergen-Rijsenburg. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 9934.



De tekening van Van de Weijer duidt daar ook op. Maar of en in hoeverre hij veranderingen in de vroege-landschapsstijl heeft aangebracht is onbekend. Uit het archief van Hardenbroek blijkt nergens dat Johan Adolph uitgaven heeft gedaan betreffende de tuinaanleg, terwijl hij de uitgaven bebreffende de verbouwingen precies bijhield.

Tot slot, de huidige tuinaanleg roept geen herinneringen aan Arcadia op. Het huis daarentegen weerspiegelt nog heden ten dage de statuur van Johan Adolph. Hij was de Van Hardenbroek die er door de uitbreiding van het grondbezit en de verbouwingen van het huis, in slaagde het geschonden prestige van het oude geslacht Van Hardenbroek in ere te herstellen.


Portret van het personeel op kasteel Hardenbroek te Cothen in de periode 1890-1900. In dienst zijnde van baron Van Hardenbroek. Vrouw helemaal recht is Evertje van Scherpenzeel - Broekma (1878-1957). Evertje was de zus van H.C. van Scherpenzeel (1876-1955), hij die op zijn beurt de overgrootvader is van de beheer van deze website Sander van Scherpenzeel. Bron: Familiearchief Van Alphen/Van Scherpenzeel. Portret van het personeel op kasteel Hardenbroek te Cothen in de periode 1890-1900. In dienst zijnde van baron Van Hardenbroek. Vrouw helemaal recht is Evertje van Scherpenzeel - Broekma (1878-1957). Evertje was de zus van H.C. van Scherpenzeel (1876-1955), hij die op zijn beurt de overgrootvader is van de beheer van deze website Sander van Scherpenzeel. Bron: Familiearchief Van Alphen/Van Scherpenzeel.


  

      Adellijke titels familie Van Hardenbroek


Bij S.B. van 28 aug. 1814, nr. 14, werden Gijsbert) K(arel) D(uco) van Hardenbroek tot Hardenbroek en E(rnst) L(ouis) van Hardenbrock tot Heiligenberg benoemd in de ridderschap van Utrecht.

Bij K.B. van 28 maart 1815, nr. 65, werd G(overt Johan Adolph) van Hardenbroek benoemd in de ridderschap van Gelderland.

Bij K.B. van 26 april 1822, nr. 166, werd voor de jonkheren Gijsbert Carel Duco, Ernest Louis en Govert Jan Adolph van Hardenbrock (1814, 1815) erkend de titel baron.

Bij K.B. van 28 mei 1837, nr. 82, werd aan Gijsbert Carel Duco baron van Hardenbrock vergund de naam D'Aumale (baron) van Hardenbroek aan te nemen.

Biy K.B. van 20 mei 1880, nr. 26, werd aan Gijsbert Carel Duco d'Aumale baron van Hardenbroek (1851) vergund zijn wapen te vierendelen met dat van D'Aumale kwartier I en IV Van Hardenbroek, II en III D'Aumale.

Wapen 1815: in rood vier golvende gouden dwarsbalken. Een haltaanziende helm; een Brabantse baronnemuts; helmteken: twee gouden koorden met kwast tussen een vlucht volgens het schild, de dwarsbalken verkort; schildhouders: twee omziende leeuwen van
natuurlijke kleur, rood getongd; het geheel geplaatst op een grijs voetstuk; wapenspreuk: SEMPER IDEM in zwarte letters op een wit lint.

W. 1880: gevierendeeld; I en IV golvend gedwarsbalkt van acht stukken, goud en rood; en in zilver een rode schuinbalk, beladen met drie gouden bezanten. Het schild gedekt met een Brabantse baronnemuts; een aanziende helm; een Brabantse baronnemuts, dekkleden: goud en rood; helmteken: tweedelig, rechts als 1815, maar de dwarsbalken niet verkort, links een uitkomende zilveren adelaar met geopende, naar boven gerichte vlucht, gekroond met een koningskroon; schildhouders als 1815; het geheel geplaatst op een gouden arabesk; wapenspreuk: als 1815.

Bron: De Nederlandse Adel - Besluiten en Wapenbeschrijvingen.


   

Begraafplaatsen Familie Van Hardenbroek

 Begraafplaats Nederlands Hervormde Kerk

te Nederlangbroek (Brink 8)

Grafzerk in de Nederlands Hervormde Kerk te Nederlangrboek aan de Brink 8 van het hoofdfamiliegraf Van Hardenbroek. Voor 1700 was het graf de Heer van Sterkenburg, Anthony van Aeswijn (1619-1646) en zijn echtgenote Aldenbockem. Foto: Piet Veldhuizen. Rond 1700 komt deze kelder door vererving in het bezit van Hardenbroek. Grafzerk in de Nederlands Hervormde Kerk te Nederlangrboek aan de Brink 8 van het hoofdfamiliegraf Van Hardenbroek. Voor 1700 was het graf de Heer van Sterkenburg, Anthony van Aeswijn (1619-1646) en zijn echtgenote Aldenbockem. Foto: Piet Veldhuizen. Rond 1700 komt deze kelder door vererving in het bezit van Hardenbroek.



Familieleden Van Hardenbroek die zijn bijgezet in het familiegraf in de grafkelder onder de Nederlandse Hervormde Kerk te Nederlangbroek aan de Brink 8 te Nederlangbroek.

1.   N.N. van Hardenbroek geboren donderdag 25 november 1869 en overleden donderdag 25 november 1889, bijgezet in op dinsdag 30 november 1869. Overleden te Apeldoorn op 0 jarige leeftijd.

2.   G.C.D. Gijsbert Carel Duco 'd Aumale baron van Hardenbroek geboren 15 februari 1862 en overleden zaterdag 23 juni 1934, bijgezet op woensdag 27 juni 1934. Overleden te Utrecht op 72 jarige leeftijd.

3.   S.C.S. Susanne Civile Sophie, barones van Hardenbroek geboren op vrijdag 11 januari 1861 en overleden donderdag 16 november 1933, bijgezet op maandag 20 november 1933. Overleden te Driebergen-Rijsenburg op 72 jarige leeftijd.

4.   A.P. Albertine Pauline, barones van Hardenbroek geboren dinsdag 11 oktober 1837 overleden op vrijdag 8 februari 1889 te Driebergen-Rijsenburg, op 51 jarige leeftijd, bijgezet op dinsdag 12 februari 1889. (Zij wordt ook vermeld in het buiten gelegen familiegrafnr. A42)

)5.   J.A. Johan Adolf, baron van Hardenbroek geboren zaterdag 14 juli 1821 en overleden dinsdag 4 maart 1885, bijgezet op vrijdag 7 maart 1885. Overleden te Utrecht op 63 jarige leeftijd.

6.   N.N. van Hardenbroek geboren vrijdag 11 augustus 1871 en overleden vrijdag 11 augustus 1871 bijgezet maandag 14 augustus 1871 op 0 jarige leeftijd te Utrecht.

7.   A.A. Alexandrina Adolfina van Hardenbroek geboren zaterdag 16 maart 1867 en overleden donderdag 16 mei 1867, bijgezet zaterdag 18 mei 1867 op 0 jarige leeftijd te Zevenaar.

8.   J.A. Johan Adolph van Hardenbroek donderdag 18 januari 1866 en overleden zaterdag 18 augustus 1866, bijgezet dinsdag 21 augustus 1866 op 0 jarige leeftijd te Zevenaar.

9.   G.C.D. Gijsbert Carel Duco 'd Aumale Baron van Hardenbroek van Hardenbroek geboren donderdag 16 februari 1832 en overleden donderdag 2 juli 1891, bijgezet maandag 6 juli 1891  op 59 jarige leeftijd te Driebergen-Rijsenburg.

10.   G.C.D. Gijsbert Carel Duco, baron van Hardenbroek van Lockhorst geboren maandag 17 februari 1902 en overleden maandag 5 september 1960, bijgezet op vrijdag 9 september 1960  op 58 jarige leeftijd te Utrecht.

11.   R.A. Reijnoud Adolph, baron van Hardenbroek van Lockhorst geboren zondag 11 oktober 1874 en overleden zaterdag 22 juni 1946, bijgezet woensdag 26 juni 1946 op 71 jarige leeftijd te Voorburg.

12.   J.I. jkvr. Johanna Isabelle Roëll maandag 29 november 1875 en overleden donderdag 2 februari 1939, bijgezet op maandag 6 februari 1939 op 63 jarige leeftijd te 's-Gravenhage.

13.   A.C.C. Arnaudina Clasina Cornelia barones Taets van Amerongen. Geboren maandag 30 augustus 1841, donderdag 13 april 1882, bijgezet dinsdag 18 april 1882 op 40 jarige leeftijd te Driebergen-Rijsenburg.

Bron: Piet Veldhuizen, beheer begraafplaats N.H. Kerk te Nederlangbroek.


'Deze steen gelegd den 28 juni 1870 door Gijsbert Carel Duco Daumale baron Van Hardenbroek tot Hardenbroek oud 8 jaren'. Steen in de zuidelijke zijgevel van de N.H. Kerk te Nederlangboek aan de Brink 8 in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. 'Deze steen gelegd den 28 juni 1870 door Gijsbert Carel Duco Daumale baron Van Hardenbroek tot Hardenbroek oud 8 jaren'. Steen in de zuidelijke zijgevel van de N.H. Kerk te Nederlangboek aan de Brink 8 in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Toegang tot de familiegrafkelder Van Hardenbroek onderaan de zuid zijgel (buitenkant) van de Nederlandse Hervormde kerk te Nederlangbroek aan de Brink 8, gezien in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Toegang tot de familiegrafkelder Van Hardenbroek onderaan de zuid zijgel (buitenkant) van de Nederlandse Hervormde kerk te Nederlangbroek aan de Brink 8, gezien in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


De N>H. begraafplaats te Nederlangbroek gezien vanuit het het noorden met op de achtergrond de N.H. kerk aan de Brink 8 gezien in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. De N>H. begraafplaats te Nederlangbroek gezien vanuit het het noorden met op de achtergrond de N.H. kerk aan de Brink 8 gezien in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


De kerktoren en het schip van de Nederlands Hervormde Kerk te Nederlangbroek vanaf de buitenkant gezien aan de zuidgevel in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. De kerktoren en het schip van de Nederlands Hervormde Kerk te Nederlangbroek vanaf de buitenkant gezien aan de zuidgevel in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Graf van G.C.D. Gijsbert Carel Duco D'Aumale baron van Hardenbroek geboren vrijdag 28 september 1888 overleden op vrijdag 23 maart 1956, begraven op dinsdag 27 maart 1956 op 67 jarige leeftijd te Leersum. Foto: Sander van Scherpenzeel. Graf van G.C.D. Gijsbert Carel Duco D'Aumale baron van Hardenbroek geboren vrijdag 28 september 1888 overleden op vrijdag 23 maart 1956, begraven op dinsdag 27 maart 1956 op 67 jarige leeftijd te Leersum. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Familiegraf Van Hardenbroek grafnr. A42, gelegen ten noorden van de N.H. Kerk op de begraafplaats te Nederlangbroek. Gezien in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Familiegraf Van Hardenbroek grafnr. A42, gelegen ten noorden van de N.H. Kerk op de begraafplaats te Nederlangbroek. Gezien in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Familieleden Van Hardenbroek die zijn bijgezet in het familiegraf nr. A42 naast de Nederlandse Hervormde Kerk te Nederlangbroek aan de Brink 8 te Nederlangbroek.

1.   A.P. Albertine Pauline, barones van Hardenbroek geboren dinsdag 11 oktober 1837 overleden op vrijdag 8 februari 1889 te Driebergen-Rijsenburg, op 51 jarige leeftijd, bijgezet op dinsdag 12 februari 1889. (Zij wordt ook vermeld in het buiten gelegen familiegraf in de kerk (verwisseling qua registratie?))

2.   J.C.B. Julius Carel Bernhard van Hardenbroek baron van 's Heeraartsberg en Bergambacht geboren zaterdag 14 november 1868 en overleden donderdag 10 augustus 1944, bijgezet zaterdag 6 april 1946 op 75 jarige leeftijd overlenden te Berchem Antwerpen.

3.   G.J. Godert Jan, baron van Hardenbroek van Ammerstol geboren donderdag 29 augustus 1833 en overleden zaterdag 19 oktober 1901, bijgezet woensdag 23 oktober 1901 op 68 jarige leeftijd te Amersfoort.

4.   K.F.R. Karel Frederik Reynard, baron van Hardenbroek van Lockhorst geboren maandag 20 oktober 1873 en overleden zondag 10 oktober 1897, bijgezet donderdag 14 oktober 1897 op 23 jarige leeftijd te Frankfurt am Main (Duitsland).

5.   J.E. Jan Elias, baron van Hardenbroek van Lockhorst geboren dinsdag 15 februari 1859 en overleden vrijdag 8 maart 1889, bijgezet dinsdag 12 maart 1889 op 30 jarige leeftijd te Amersfoort.

6.   E.L. Ernest Louis baron van Hardenbroek van Lockhorst geboren maandag 19 januari 1829  en overleden maandag 23 april 1877, bijgezet vrijdag 27 april 1877 op 48 jarige leeftijd te Leusden. 

7.   K.J.G. Karel Jan Gijsbert, baron van Hardenbroek van 's Heeraartsberg en Bergambacht geboren dinsdag 25 met 1830 en overleden maandag 29 bjuni 1908, bijgezet op vrijdag 3 juli 1908 op 78 leeftijd te 's-Gravenhage.

Bron: Piet Veldhuizen, beheer begraafplaats N.H. Kerk te Nederlangbroek.


Familiegraf Van Hardenbroek nr. A42 aan de noordkant van de N.H. Kerk te Nederlangrboek aan de Brink 8 gezien in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Familiegraf Van Hardenbroek nr. A42 aan de noordkant van de N.H. Kerk te Nederlangrboek aan de Brink 8 gezien in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


De kerktoren van de Nederlandse Hervormde kerk te Nederlangbroek aan de Brink 8 te Nederlangbroek in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. De kerktoren van de Nederlandse Hervormde kerk te Nederlangbroek aan de Brink 8 te Nederlangbroek in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


'Situaties 1 a 100 voor TE METSELEN GRAVEN OP DE BEGRAAFPLAATS te NEERLANGBROEK voor den HOOGWELGEB. HEER G.C.D. d'Aumale BARON VAN HARDENBROEK te Rhenen'. Plattegrond op Begraafplaats Hervormde gemeente Nederlangbroek (Brink 8). Bron: RAZU. 'Situaties 1 a 100 voor TE METSELEN GRAVEN OP DE BEGRAAFPLAATS te NEERLANGBROEK voor den HOOGWELGEB. HEER G.C.D. d'Aumale BARON VAN HARDENBROEK te Rhenen'. Plattegrond op Begraafplaats Hervormde gemeente Nederlangbroek (Brink 8). Bron: RAZU.


De toegang tot de Nederlandse Hervormde kerk te Nederlangbroek aan de Brink 8 met rechts de toegang tot het kerkterrein en de begraafplaats in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. De toegang tot de Nederlandse Hervormde kerk te Nederlangbroek aan de Brink 8 met rechts de toegang tot het kerkterrein en de begraafplaats in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Brief van baron Van Hardenbroek van 5 september 1929 waarbij baron Van Hardenbroek de herenbank en familiegrafkelder in bezit overlaat gaan aan de Kerkvoogdij van de N.H. Kerk in Nederlangbroek. Bron: RAZU. Brief van baron Van Hardenbroek van 5 september 1929 waarbij baron Van Hardenbroek de herenbank en familiegrafkelder in bezit overlaat gaan aan de Kerkvoogdij van de N.H. Kerk in Nederlangbroek. Bron: RAZU.


Het zuidelijk kerkterrein aan de zuidzijde aan de Brink van Nederlangbroek in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Het zuidelijk kerkterrein aan de zuidzijde aan de Brink van Nederlangbroek in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


De voorkant aan de westkant van de Nederlandse Hervormde kerk van Nederlangbroek aan de Brink gezien richting het zuiden in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. De voorkant aan de westkant van de Nederlandse Hervormde kerk van Nederlangbroek aan de Brink gezien richting het zuiden in april 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


          

Op dinsdag 21 november 1882 ten overstaan van notaris B.G. van Heijst werd de inventarisboedel va Gijsbert Carel Duco d'Aumale baron van Hardenbroek van Hardenbroek waarbij de vertegenwoordiging was van Johan Adolf baron van Hardenbroek. Bron: RAZU, 063, ...., aktenummer: 4025. Op dinsdag 21 november 1882 ten overstaan van notaris B.G. van Heijst werd de inventarisboedel va Gijsbert Carel Duco d'Aumale baron van Hardenbroek van Hardenbroek waarbij de vertegenwoordiging was van Johan Adolf baron van Hardenbroek. Bron: RAZU, 063, ...., aktenummer: 4025.


Op dinsdag 17 april 1883 ten overstaan van notaris B.G. van Heijst werd vond de boedelscheiding plaats van Gijsbert Carel Duco d'Aumale baron van Hardenbroek van Hardenbroek. Bron: RAZU, 063, ...., aktenummer: 4103.. Op dinsdag 17 april 1883 ten overstaan van notaris B.G. van Heijst werd vond de boedelscheiding plaats van Gijsbert Carel Duco d'Aumale baron van Hardenbroek van Hardenbroek. Bron: RAZU, 063, ...., aktenummer: 4103..


  

Ambachtsheerlijkheid Hardenbroek    

Kaart van de ridderhofstad Hardenbroek bij de Hardenbroekerweg met de bijbehorende percelen weiland, akkerland, en bos tot aan de Langbroekerwetering en percelen land doorlopend tot aan de Goyerwetering, ter grootte van 52 morgen en 167 roeden land. In kaart gebracht en ingekleurd door Bernard de Roy uit 1688. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2928. Kaart van de ridderhofstad Hardenbroek bij de Hardenbroekerweg met de bijbehorende percelen weiland, akkerland, en bos tot aan de Langbroekerwetering en percelen land doorlopend tot aan de Goyerwetering, ter grootte van 52 morgen en 167 roeden land. In kaart gebracht en ingekleurd door Bernard de Roy uit 1688. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2928.


Op woensdag 11 november van het jaar 1829 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de vast- en onroerende goederen van Jan Jacob van Westrenen. Zijn Douariere Maria Sophia Lieberam verkocht oa. de ambachtsheerlijkheden Sterkenburg en Hardenbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3369 11-11-1829, aktenummer: 10025. Op woensdag 11 november van het jaar 1829 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de vast- en onroerende goederen van Jan Jacob van Westrenen. Zijn Douariere Maria Sophia Lieberam verkocht oa. de ambachtsheerlijkheden Sterkenburg en Hardenbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3369 11-11-1829, aktenummer: 10025.


Voorkant van de veilingcatalogus van het vast- en onroerend goed van de familie Van Westrenen van Sterkenburg en Hardenbroek. Waarbij de heerlijkheid Hardenbroek werd teruggekocht door baron Van Hardenbroek op woensdag 11 november 1829 voor de aankoopsom van ƒ. 3.050,- gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3107. Voorkant van de veilingcatalogus van het vast- en onroerend goed van de familie Van Westrenen van Sterkenburg en Hardenbroek. Waarbij de heerlijkheid Hardenbroek werd teruggekocht door baron Van Hardenbroek op woensdag 11 november 1829 voor de aankoopsom van ƒ. 3.050,- gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3107.


Op woensdag 11 november van het jaar 1829 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de vast- en onroerende goederen van Jan Jacob van Westrenen. Zijn Douariere Maria Sophia Lieberam verkocht oa. de ambachtsheerlijkheden Sterkenburg en Hardenbroek. Bij de veiling werd op perceel 22 de ambachtsheerlijkheid Hardenbroek aangeboden. Gijbert Carel Duco baron van Hardenbroek kocht via zijn gemachtigde de heerlijkheid weer terug. Zodat de familie die van oorsprong ook ooit de heerlijkheid bezat het heerlijkrecht van het buurtschap weer terug in de familie bracht. Voor de aankoopsom van ƒ. 3.050-, kwam de ambachtsheerlijkheid terug in de familie Hardenbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3369 11-11-1829, aktenummer: 10025. Op woensdag 11 november van het jaar 1829 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de vast- en onroerende goederen van Jan Jacob van Westrenen. Zijn Douariere Maria Sophia Lieberam verkocht oa. de ambachtsheerlijkheden Sterkenburg en Hardenbroek. Bij de veiling werd op perceel 22 de ambachtsheerlijkheid Hardenbroek aangeboden. Gijbert Carel Duco baron van Hardenbroek kocht via zijn gemachtigde de heerlijkheid weer terug. Zodat de familie die van oorsprong ook ooit de heerlijkheid bezat het heerlijkrecht van het buurtschap weer terug in de familie bracht. Voor de aankoopsom van ƒ. 3.050-, kwam de ambachtsheerlijkheid terug in de familie Hardenbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3369 11-11-1829, aktenummer: 10025.


Voorkant van de veilingcatalogus van het vast- en onroerend goed van de familie Van Westrenen van Sterkenburg en Hardenbroek. Waarbij de heerlijkheid Hardenbroek werd teruggekocht door baron Van Hardenbroek op woensdag 11 november 1829 voor de aankoopsom van ƒ. 3.050,- gulden. Fragment van perceelbeschrijving 22 met de verkoop van de heerlijkheid. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3107. Voorkant van de veilingcatalogus van het vast- en onroerend goed van de familie Van Westrenen van Sterkenburg en Hardenbroek. Waarbij de heerlijkheid Hardenbroek werd teruggekocht door baron Van Hardenbroek op woensdag 11 november 1829 voor de aankoopsom van ƒ. 3.050,- gulden. Fragment van perceelbeschrijving 22 met de verkoop van de heerlijkheid. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3107.


Op woensdag 11 november van het jaar 1829 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de vast- en onroerende goederen van Jan Jacob van Westrenen. Zijn Douariere Maria Sophia Lieberam verkocht oa. de ambachtsheerlijkheden Sterkenburg en Hardenbroek. Bij de veiling werd op perceel 22 de ambachtsheerlijkheid Hardenbroek aangeboden. Gijbert Carel Duco baron van Hardenbroek kocht via zijn gemachtigde de heerlijkheid weer terug. Zodat de familie die van oorsprong ook ooit de heerlijkheid bezat het heerlijkrecht van het buurtschap weer terug in de familie bracht. Voor de aankoopsom van ƒ. 3.050-, kwam de ambachtsheerlijkheid terug in de familie Hardenbroek. Brief van baron Van Hardenbroek waarbij hij de notaris machtigt om voor hem de heerlijkheid Hardenbroek aan te kopen van de familie Van Westrenen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3369 11-11-1829, aktenummer: 10025. Op woensdag 11 november van het jaar 1829 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van de vast- en onroerende goederen van Jan Jacob van Westrenen. Zijn Douariere Maria Sophia Lieberam verkocht oa. de ambachtsheerlijkheden Sterkenburg en Hardenbroek. Bij de veiling werd op perceel 22 de ambachtsheerlijkheid Hardenbroek aangeboden. Gijbert Carel Duco baron van Hardenbroek kocht via zijn gemachtigde de heerlijkheid weer terug. Zodat de familie die van oorsprong ook ooit de heerlijkheid bezat het heerlijkrecht van het buurtschap weer terug in de familie bracht. Voor de aankoopsom van ƒ. 3.050-, kwam de ambachtsheerlijkheid terug in de familie Hardenbroek. Brief van baron Van Hardenbroek waarbij hij de notaris machtigt om voor hem de heerlijkheid Hardenbroek aan te kopen van de familie Van Westrenen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3369 11-11-1829, aktenummer: 10025.


        

Portret van Gijsbert Duco d'Aumale baron van Hardenbroek (1862-1934), heer van Hardenbroek tussen 1891-1929. Burgemeester van Driebergen en Rijsenburg, Lid Prov. Staten van Utrecht en 1e Kamer. Naar de hand van Willem van den Heuvel in 1902. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Gijsbert Duco d'Aumale baron van Hardenbroek (1862-1934), heer van Hardenbroek tussen 1891-1929. Burgemeester van Driebergen en Rijsenburg, Lid Prov. Staten van Utrecht en 1e Kamer. Naar de hand van Willem van den Heuvel in 1902. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Portret van Susanne Civile Sophie barones van Hardenbroek (1861-1933. Echtgenote Gijsbert Carel Duco d'Aumale baron van Hardenbroek. Naar de hand van Willem van den Heuvel in 1902. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Susanne Civile Sophie barones van Hardenbroek (1861-1933. Echtgenote Gijsbert Carel Duco d'Aumale baron van Hardenbroek. Naar de hand van Willem van den Heuvel in 1902. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


        

Op woensdag 30 maart 1929 vond een boedelscheiding plaats ten overstaan van de Utrechtse notaris J.G. Brouwer Nijhoff waarbij binnen de familie Van Hardenbroek het landgoed Hardenbroek verder werd verdeeld. Dit is een kaart bij de bijbehorende boedelscheidingsakte. Kaart in geheel. Bron: HUA, 1340. Op woensdag 30 maart 1929 vond een boedelscheiding plaats ten overstaan van de Utrechtse notaris J.G. Brouwer Nijhoff waarbij binnen de familie Van Hardenbroek het landgoed Hardenbroek verder werd verdeeld. Dit is een kaart bij de bijbehorende boedelscheidingsakte. Kaart in geheel. Bron: HUA, 1340.


Straatnaambord 'Van Hardenbroekplein' in Driebergen-Rijsenburg in juni 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Van Hardenbroekplein' in Driebergen-Rijsenburg in juni 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Op woensdag 30 maart 1929 vond een boedelscheiding plaats ten overstaan van de Utrechtse notaris J.G. Brouwer Nijhoff waarbij binnen de familie Van Hardenbroek het landgoed Hardenbroek verder werd verdeeld. Dit is een kaart bij de bijbehorende boedelscheidingsakte. Kaart in detailfragment. Bron: HUA, 1340.Op woensdag 30 maart 1929 vond een boedelscheiding plaats ten overstaan van de Utrechtse notaris J.G. Brouwer Nijhoff waarbij binnen de familie Van Hardenbroek het landgoed Hardenbroek verder werd verdeeld. Dit is een kaart bij de bijbehorende boedelscheidingsakte. Kaart in detailfragment. Bron: HUA, 1340.Op woensdag 30 maart 1929 vond een boedelscheiding plaats ten overstaan van de Utrechtse notaris J.G. Brouwer Nijhoff waarbij binnen de familie Van Hardenbroek het landgoed Hardenbroek verder werd verdeeld. Dit is een kaart bij de bijbehorende boedelscheidingsakte. Kaart in detailfragment. Bron: HUA, 1340. Op woensdag 30 maart 1929 vond een boedelscheiding plaats ten overstaan van de Utrechtse notaris J.G. Brouwer Nijhoff waarbij binnen de familie Van Hardenbroek het landgoed Hardenbroek verder werd verdeeld. Dit is een kaart bij de bijbehorende boedelscheidingsakte. Kaart in detailfragment. Bron: HUA, 1340.



Burgemeester Van Hardenbroek

van gemeenten Bunnik, Odijk en Werkhoven

Gijsbert Karel Duco Baron van Hardenbroek en zijn echtgenote Coenradina Caroline Theodora de Pesters omstreeks 1883. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Gijsbert Karel Duco Baron van Hardenbroek en zijn echtgenote Coenradina Caroline Theodora de Pesters omstreeks 1883. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Bericht van het auto-ongeluk op de Koningsweg te Houten/Maarschalkerweerd op zondag 15 april 1923 met exacte beschrijving van het auto-ongeluk. Met dank van informatie Frank Magdelyns. Bron: Het Utrechts Archief krantenbank, Het Utrechts Nieuwsblad. Bericht van het auto-ongeluk op de Koningsweg te Houten/Maarschalkerweerd op zondag 15 april 1923 met exacte beschrijving van het auto-ongeluk. Met dank van informatie Frank Magdelyns. Bron: Het Utrechts Archief krantenbank, Het Utrechts Nieuwsblad.


Een gezelschap vermoedelijk tijdens een feest op het Huis De Niënhof. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2906. Een gezelschap vermoedelijk tijdens een feest op het Huis De Niënhof. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2906.


Krantenbericht van de begravenis van Barones Van Hardenbroek - De Pesters op donderdag 19 maart 1923 op de Algemene Begraafplaats te Bunnik aan de Provincialeweg. Begin van beschrijving van krantenartikel. Met dank aan informatie Frank Magdelyns. Bron: Het Utrechts Archief, krantenbank, Het Utrechts Nieuwsblad. Krantenbericht van de begravenis van Barones Van Hardenbroek - De Pesters op donderdag 19 maart 1923 op de Algemene Begraafplaats te Bunnik aan de Provincialeweg. Begin van beschrijving van krantenartikel. Met dank aan informatie Frank Magdelyns. Bron: Het Utrechts Archief, krantenbank, Het Utrechts Nieuwsblad.


Paard en wagen met vermoedelijk een familielid De Beaufort - Van Hardenbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2906. Paard en wagen met vermoedelijk een familielid De Beaufort - Van Hardenbroek. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2906.


Krantenbericht van de begravenis van Barones Van Hardenbroek - De Pesters op donderdag 19 maart 1923 op de Algemene Begraafplaats te Bunnik aan de Provincialeweg. Einde van beschrijving van krantenartikel. Met dank aan informatie Frank Magdelyns. Bron: Het Utrechts Archief, krantenbank, Het Utrechts Nieuwsblad. Krantenbericht van de begravenis van Barones Van Hardenbroek - De Pesters op donderdag 19 maart 1923 op de Algemene Begraafplaats te Bunnik aan de Provincialeweg. Einde van beschrijving van krantenartikel. Met dank aan informatie Frank Magdelyns. Bron: Het Utrechts Archief, krantenbank, Het Utrechts Nieuwsblad.


Kinderen met een ezeltje op het terrein op de buitenplaats de Niënhof. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2906. Kinderen met een ezeltje op het terrein op de buitenplaats de Niënhof. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2906.


Overlijdens advertentie van Wilhelmina Nicolasina baronesse van Hardenbroek uit 1996. Zij die als laatste werd bijgezet in het familiegraf op de Algemene Begraafplaats te Bunnik. Bron: Delpher.nl. Overlijdens advertentie van Wilhelmina Nicolasina baronesse van Hardenbroek uit 1996. Zij die als laatste werd bijgezet in het familiegraf op de Algemene Begraafplaats te Bunnik. Bron: Delpher.nl.


Gezicht over de Kromme Rijn bij Bunnik op de voorgevel van het huis De Niënhof. Litho door P.J. Lutgers in 1869. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 3560. Gezicht over de Kromme Rijn bij Bunnik op de voorgevel van het huis De Niënhof. Litho door P.J. Lutgers in 1869. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 3560.



Straatnaambord Van Hardenbroeklaan in Bunnik in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord Van Hardenbroeklaan in Bunnik in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Gezicht over de Kromme Rijn bij Bunnik op de voorgevel van het huis De Niënhof. Litho door P.J. Lutgers in 1869. Digitaal ingekleurd en gerestaureerd. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 3560. Gezicht over de Kromme Rijn bij Bunnik op de voorgevel van het huis De Niënhof. Litho door P.J. Lutgers in 1869. Digitaal ingekleurd en gerestaureerd. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 3560.


De Van Hardenbroeklaan in Bunnik in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De Van Hardenbroeklaan in Bunnik in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Gijsbert Karel Duco Baron van Hardenbroek was burgemeester van Bunnik, Odijk en Werkoven. Hij werd geboren 30 augustus 1859 te Den Haag en overleed op 22 november 1941 te Driebergen. Hij werd 82 jaar. Gijsbert was ambachtsheer van Bergambacht en 's-Heeraartsberg en kamerheer i.b.d. van koningin Wilhelmina.


Gezicht op de achtergevel van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik in 1915-1925. Het landhuis De Niënhof is in 1928 gesloopt. Hier woonde rond 1900 het gezin Van Hardenbroek-de Pester. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827004. Gezicht op de achtergevel van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik in 1915-1925. Het landhuis De Niënhof is in 1928 gesloopt. Hier woonde rond 1900 het gezin Van Hardenbroek-de Pester. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827004.


  

Straatnaambord 'Baron Van Hardenbroeklaan' in Bergambacht. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Baron Van Hardenbroeklaan' in Bergambacht. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Gijsbert trad in 1885 in het huwelijk met Coenradina Caroline Theodora de Pesters, Vrouwe van Cattenbroek. Zij werd geboren op 26 januari 1865 en raakte zwaar gewond bij een auto-ongeluk op de Koningsweg te Houten/Maarschalkerweerd op 15 april 1923. Hierop overleed ze in het Diaconessenhuis te Utrecht.


Portret van Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek (1859-1941) als Baron van Liedekerke in 1881. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek (1859-1941) als Baron van Liedekerke in 1881. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.



Caroline werd maar 58 jaar oud. Zij was ook de eerste die in het familiegraf werd bijgezet. Gijsbert is in 1941 als tweede persoon bijgezet.
Uit het huwelijk van Gijsbert en Caroline kwam een oudste zoon en twee dochters voort.

De jongste dochter Wilhelmina Nicolasina Baronesse van Hardenbroek (1892-1966) was in de jaren vijftig van de twintigste eeuw hoofddiaconesse in het Diaconessen Ziekenhuis te Arnhem. Zij maakte de opening van het ziekenhuis in 1953 mee en ze werd in 1956 koninklijk onderscheiden met een lintje.


         

Gezin de Beaufort-Van Hardenbroek in 1916. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2906. Gezin de Beaufort-Van Hardenbroek in 1916. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2906.


Gezin de Beaufort met rechts jhr. Frans Willem Lambert de Beaufort (1883-1956) en zijn echtgenote Louise Theodora barones van Hardenbroek (1887-1952) en hun oudste zoon links jhr. Willem Hendrik de Beaufort (1910-2005) aan de rechterkant zijn jongere zusje jkvr. Ada Reiniera de Beaufort (1912-1999) met moeder het jong geboren lid van het gezin Koenraad Karel Theodore de Beaufort (1916-1996) in 1916. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2906. Gezin de Beaufort met rechts jhr. Frans Willem Lambert de Beaufort (1883-1956) en zijn echtgenote Louise Theodora barones van Hardenbroek (1887-1952) en hun oudste zoon links jhr. Willem Hendrik de Beaufort (1910-2005) aan de rechterkant zijn jongere zusje jkvr. Ada Reiniera de Beaufort (1912-1999) met moeder het jong geboren lid van het gezin Koenraad Karel Theodore de Beaufort (1916-1996) in 1916. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 2906.


Portret van Jhr. W.. de Pesters. Bron: HUA, 29-33. Portret van Jhr. W.. de Pesters. Bron: HUA, 29-33.


Portret van jhr. Willem Hendrik de Beaufort (1910-2005) in 1915-1916, met links zijn jongere zusje jkvr. Ada Reiniera de Beaufort (1912-1999). Beide kinderen van jhr. Frans Willem Lambert de Beaufort (1883-1956) en barones Louise Theodora van Hardenbroek (1887-1952). Zij was de dochter van Gijsbert Karel Duco baron van Hardenbroek (1859-1941) en Coenradina Caroline Theodora de Pesters (1865-1923). Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2906. Portret van jhr. Willem Hendrik de Beaufort (1910-2005) in 1915-1916, met links zijn jongere zusje jkvr. Ada Reiniera de Beaufort (1912-1999). Beide kinderen van jhr. Frans Willem Lambert de Beaufort (1883-1956) en barones Louise Theodora van Hardenbroek (1887-1952). Zij was de dochter van Gijsbert Karel Duco baron van Hardenbroek (1859-1941) en Coenradina Caroline Theodora de Pesters (1865-1923). Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2906.


   

Familiegraf Van Hardenbroek-de Pesters op de Algemene Begraafplaats te Bunnik op zondag 13 september 2020 (1). Foto: Sander van Scherpenzeel. Familiegraf Van Hardenbroek-de Pesters op de Algemene Begraafplaats te Bunnik op zondag 13 september 2020 (1). Foto: Sander van Scherpenzeel.


Familiegraf Van Hardenbroek-de Pesters op de Algemene Begraafplaats te Bunnik op zondag 13 september 2020 (2). Foto: Sander van Scherpenzeel. Familiegraf Van Hardenbroek-de Pesters op de Algemene Begraafplaats te Bunnik op zondag 13 september 2020 (2). Foto: Sander van Scherpenzeel.



Portret van vermoedelijk Coenradina Caroline Theodora de Pesters (1865-1923). Echtgenote van Gijsbert Karel Duco baron van Hardenbroek (1859-1941). Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2907. Portret van vermoedelijk Coenradina Caroline Theodora de Pesters (1865-1923). Echtgenote van Gijsbert Karel Duco baron van Hardenbroek (1859-1941). Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2907.



In 1958 ging ze met pensioen waarna ze 8 jaar overleed in 1966 op 74 jarige leeftijd. Ze had geen kinderen en koos ervoor om bij vader Gijsbert en moeder Caroline als laatste in het familiegraf te worden bijgezet in Bunnik op de Algemene Begraafplaats te Bunnik.


Portret van vermoedelijk (links) Coenradina Caroline Theodora de Pesters (1865-1923) met rechts één van haar drie dochters in 1915 in de buurt van Rijnsweerd. Midden in een man van stand. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2907. Portret van vermoedelijk (links) Coenradina Caroline Theodora de Pesters (1865-1923) met rechts één van haar drie dochters in 1915 in de buurt van Rijnsweerd. Midden in een man van stand. Bron: Het Utrechts Archief, 1010 2907.


  

Een optocht van verkleden personen voor het landgoed de Niënhof te Bunnik in de periode 1900-1915 (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 070, collectie Arie van der Gaag, Van der Brug. Een optocht van verkleden personen voor het landgoed de Niënhof te Bunnik in de periode 1900-1915 (2). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 070, collectie Arie van der Gaag, Van der Brug.


        

Portret van Willem Nicolaas de Pesters (1754-1831) Heer van Cattenbroek en Papekop; raad Utrecht; lid Eerste en Tweede Kamer der Staten Genraal, Den Haag. Bron: RKD. Portret van Willem Nicolaas de Pesters (1754-1831) Heer van Cattenbroek en Papekop; raad Utrecht; lid Eerste en Tweede Kamer der Staten Genraal, Den Haag. Bron: RKD.



Willem Nicolaas de Pesters van Cattenbroek, heer van Cattenbroek en Papekop, (Den Haag, 1 januari 1754 – Utrecht, 21 april 1831) was een Nederlands jonkheer, bestuurder, rechtsgeleerde en politicus.


Op woensdag 25 april van het jaar 1832 ten overstaande van de Utrechtse notaris Martinus Wigman de boedelscheiding plaats van Willem Nicolaas de Pesters van Cattenbroek. Begin beschrijving van akte. Bron: HUA, 34-4 3069 1832 25-04-1832 boedelscheiding de Pesters De Nienhof M. Wigman aktenummer: 2326 Op woensdag 25 april van het jaar 1832 ten overstaande van de Utrechtse notaris Martinus Wigman de boedelscheiding plaats van Willem Nicolaas de Pesters van Cattenbroek. Begin beschrijving van akte. Bron: HUA, 34-4 3069 1832 25-04-1832 boedelscheiding de Pesters De Nienhof M. Wigman aktenummer: 2326



Willem de Pesters, lid van de familie De Pesters, werd geboren als een zoon van Jan Pesters (1716-1797) en Adriana Everardina Godin (1731-1795). Hij studeerde Romeins en hedendaags recht aan de Hogeschool Utrecht. Hij begon zijn carrière als lid van de raad in de Vroedschap van Utrecht. Daarna was hij lid van de Gedeputeerde Staten. Later werd hij president van de commissie van de provinciale regering en commissaris-generaal de Vivres van de troepen.

Vanaf 1793 was hij lid van de raad van het Leenhof en lid van de raad in de Vroedschap van Utrecht. Op 29 en 30 maart 1814 functioneerde de Pesters van Cattenbroek als lid van de Vergadering van Notabelen voor het departement Zuiderzee en van 2 mei 1814 tot 1 september 1815 was hij lid van de Staten-Generaal der Verenigde Nederlanden. Van 21 september 1815 tot 18 oktober 1824 was hij werkzaam als lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en van 18 oktober 1825 tot 21 april 1831 was hij lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.



Op 21 oktober 1799 te Bunnik trouwde hij met Caroline Jacqueline de Jacoby en samen hadden ze elf kinderen.



Boerderij Rijsbrug aan de Binnenweg 19  

Boerderij Rijsbrug aan de Binnenweg 19, heden in bezit van familie Van Rooijen. Foto: Peter Koch. Boerderij Rijsbrug aan de Binnenweg 19, heden in bezit van familie Van Rooijen. Foto: Peter Koch.


Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Begin van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222. Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Begin van beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222.


Gezicht op de voorgevel van de boerderij De Geer, tijdens de sloop, vanuit het noordwesten in 1984. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Gezicht op de voorgevel van de boerderij De Geer, tijdens de sloop, vanuit het noordwesten in 1984. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Beschrijving van het zesde perceel boerderij Rijsbrug. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222. Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Beschrijving van het zesde perceel boerderij Rijsbrug. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222.


Boerderij Rijsbrug aan de Binnenweg 19 in de jaren in de periode 1980-1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Boerderij Rijsbrug aan de Binnenweg 19 in de jaren in de periode 1980-1990. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Beschrijving van het zesde perceel boerderij Rijsbrugen eerdere verkrijging. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222. Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Beschrijving van het zesde perceel boerderij Rijsbrugen eerdere verkrijging. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222.


Boerderij Rijsbrug van de familie van Rooijen in 1972. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353. Boerderij Rijsbrug van de familie van Rooijen in 1972. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 353.


Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Beschrijving van het zevende perceel boerderij De Geer met eerdere verkrijging. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222. Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Beschrijving van het zevende perceel boerderij De Geer met eerdere verkrijging. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222.


Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Bieding door de heer Hendrik Kamperdijk op boerderijen De Geer en de Rijsbrug. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222. Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Bieding door de heer Hendrik Kamperdijk op boerderijen De Geer en de Rijsbrug. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222.


Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Ondertekening van aankoop door de heren Kamperdijk en Van Ommeren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222. Op zaterdag 5 augustus van het jaar 1820 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de veiling plaats van het vast- en onrorend goed van Mr. Otto van Romondt, lid van de gedeputeerde staten van Utrecht. Bij de veiling werd boerderij De Geer (toenmalig Binnenweg 19 (1832-1983)) en boerderij Rijsbrug (heden Binnenweg 19) met bijbehorende landerijen geveild waarbij de Utrechtse notaris Hendrik Kamperdijk de beide boerderijen kocht voor de koopsom van ƒ. 17.895,- gulden. Ondertekening van aankoop door de heren Kamperdijk en Van Ommeren. Bron: Het Utrechts Archief, 34-47 3249, aktenummer: 3222.


Op vrijdag 30 maart van het jaar 1827 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de verhuur plaats van hofstede de Rijsbrug. Eigenaresse Cornelia Voorsteegh, weduwe van Hendrik Kamperdijk, van beroep notaris gaf de hofstede in verhuur aan Johanna Peek, weduwe van Willem Hoveling en kinderen. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3264, 5542, 30-03-1827. Op vrijdag 30 maart van het jaar 1827 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de verhuur plaats van hofstede de Rijsbrug. Eigenaresse Cornelia Voorsteegh, weduwe van Hendrik Kamperdijk, van beroep notaris gaf de hofstede in verhuur aan Johanna Peek, weduwe van Willem Hoveling en kinderen. Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3264, 5542, 30-03-1827.


Op vrijdag 30 maart van het jaar 1827 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de verhuur plaats van hofstede de Rijsbrug. Eigenaresse Cornelia Voorsteegh, weduwe van Hendrik Kamperdijk van beroep notaris gaf de hofstede in verhuur aan Johanna Peek, weduwe van Willem Hoveling en kinderen. Beschrijving van verhuursom. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3264, 5542, 30-03-1827. Op vrijdag 30 maart van het jaar 1827 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de verhuur plaats van hofstede de Rijsbrug. Eigenaresse Cornelia Voorsteegh, weduwe van Hendrik Kamperdijk van beroep notaris gaf de hofstede in verhuur aan Johanna Peek, weduwe van Willem Hoveling en kinderen. Beschrijving van verhuursom. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3264, 5542, 30-03-1827.


Op vrijdag 30 maart van het jaar 1827 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de verhuur plaats van hofstede de Rijsbrug. Eigenaresse Cornelia Voorsteegh, weduwe van Hendrik Kamperdijk van beroep notaris gaf de hofstede in verhuur aan Johanna Peek, weduwe van Willem Hoveling en kinderen. eind beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3264, 5542, 30-03-1827. Op vrijdag 30 maart van het jaar 1827 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de verhuur plaats van hofstede de Rijsbrug. Eigenaresse Cornelia Voorsteegh, weduwe van Hendrik Kamperdijk van beroep notaris gaf de hofstede in verhuur aan Johanna Peek, weduwe van Willem Hoveling en kinderen. eind beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3264, 5542, 30-03-1827.


Op zaterdag 23 februari van het jaar 1856 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van boerderij Rijsbrug door Judtih Kamperdijk aan baron Van Boetzelaer. Voorkant van de veilingakte uit het huisarchief van boerderij Rijsbrug. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022. Op zaterdag 23 februari van het jaar 1856 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van boerderij Rijsbrug door Judtih Kamperdijk aan baron Van Boetzelaer. Voorkant van de veilingakte uit het huisarchief van boerderij Rijsbrug. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022.


Verkoop advertentie uit de krant waarbij boerderij Rijsbrug op zaterdag 23 februari 1856 ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek. Koper van de boerderij is baron van Boetzelaer. Bron: Delpher.nl. Verkoop advertentie uit de krant waarbij boerderij Rijsbrug op zaterdag 23 februari 1856 ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek. Koper van de boerderij is baron van Boetzelaer. Bron: Delpher.nl.


Op zaterdag 23 februari van het jaar 1856 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van boerderij Rijsbrug door Judtih Kamperdijk aan baron Van Boetzelaer. Beschrijving van machtiging tot verkoop van de boerderij. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3469 34-4 U321e083 1856 jan.-1856 mrt. 23-02-1856. Op zaterdag 23 februari van het jaar 1856 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van boerderij Rijsbrug door Judtih Kamperdijk aan baron Van Boetzelaer. Beschrijving van machtiging tot verkoop van de boerderij. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3469 34-4 U321e083 1856 jan.-1856 mrt. 23-02-1856.


In geel gearceerd in de kadasterkaart van het jaar 1832 de gronden van boerderijen De Geer en Rijsbrug ten oosten van de Binnenweg en rondom de Kruisweg en de Lee- en Rietsloot. In het bezit van Hendrik Kamperdijk. Bron: HISGIS Utrecht. In geel gearceerd in de kadasterkaart van het jaar 1832 de gronden van boerderijen De Geer en Rijsbrug ten oosten van de Binnenweg en rondom de Kruisweg en de Lee- en Rietsloot. In het bezit van Hendrik Kamperdijk. Bron: HISGIS Utrecht.


Op zaterdag 23 februari van het jaar 1856 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van boerderij Rijsbrug door Judtih Kamperdijk aan baron Van Boetzelaer. Beschrijving van akte met perceelnummers. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3469 34-4 U321e083 1856 jan.-1856 mrt. 23-02-1856. Op zaterdag 23 februari van het jaar 1856 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Jacob Hendrik van Schermbeek de verkoop plaats van boerderij Rijsbrug door Judtih Kamperdijk aan baron Van Boetzelaer. Beschrijving van akte met perceelnummers. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 3469 34-4 U321e083 1856 jan.-1856 mrt. 23-02-1856.


Voorkant van het veilingboekje van de verkoop van boerderij Rijsbrug op zaterdag 23 februari 1856 waarbij baron Van Boetzelaer, echtgenoot van jkvr. Both Hendriksen de landerijen en de boerderij aankochten. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3644. Voorkant van het veilingboekje van de verkoop van boerderij Rijsbrug op zaterdag 23 februari 1856 waarbij baron Van Boetzelaer, echtgenoot van jkvr. Both Hendriksen de landerijen en de boerderij aankochten. Bron: Het Utrechts Archief, 1010, 3644.



Na het overlijden van Christiaan Willem Johan baron van Boetzelaer in 1872, hierna zijn echtegenote Elisabeth Charlotta Petronella Both Hendriksen (1809-1880) kwam boerderij Rijsbrug toe aan de schoonzoon van het echtpaar.

Jhr. Willem Nicolaas de Pester (1830-1882), gehuwd met Coenradina Carolina Theodora barones van Boetzelaer (1836-1865). Na het overlijden kwam de boerderij toe aan hun dochter.

Jkvr. Coenradina Carolina Theodora de Pesters (1865-1923), gehuwd in 1885 met Gijsbert Karel Duco Reinoud baron Van Hardenbroek (1859-1941).


Op woensdag 26 september van het jaar 1906 verkocht het echtpaar Van Hardenbroek-De Pester boerderij Rijsbrug ten overstaan van de Utrechtse notaris Henri Francois Wouter Dubois. Waarbij de boerderij werd verkocht aan een Frans klooster La Communité du Bonsauven, gevestigd in Bégard Cô tes du Nord (Frankrijk). Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 830, 303, aktenummer: 6321. Op woensdag 26 september van het jaar 1906 verkocht het echtpaar Van Hardenbroek-De Pester boerderij Rijsbrug ten overstaan van de Utrechtse notaris Henri Francois Wouter Dubois. Waarbij de boerderij werd verkocht aan een Frans klooster La Communité du Bonsauven, gevestigd in Bégard Cô tes du Nord (Frankrijk). Begin beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 830, 303, aktenummer: 6321.


Op woensdag 26 september van het jaar 1906 verkocht het echtpaar Van Hardenbroek-De Pester boerderij Rijsbrug ten overstaan van de Utrechtse notaris Henri Francois Wouter Dubois. Waarbij de boerderij werd verkocht aan een Frans klooster La Communité du Bonsauven, gevestigd in Bégard Cô tes du Nord (Frankrijk). Beschrijving uit het repertoire van notaris Dubois waarbij de boerderij werd verkocht. Bron: Het Utrechts Archief, 830, 303, aktenummer: 6321. Op woensdag 26 september van het jaar 1906 verkocht het echtpaar Van Hardenbroek-De Pester boerderij Rijsbrug ten overstaan van de Utrechtse notaris Henri Francois Wouter Dubois. Waarbij de boerderij werd verkocht aan een Frans klooster La Communité du Bonsauven, gevestigd in Bégard Cô tes du Nord (Frankrijk). Beschrijving uit het repertoire van notaris Dubois waarbij de boerderij werd verkocht. Bron: Het Utrechts Archief, 830, 303, aktenummer: 6321.


Verkoopakte bij notaris jhr. Willem Eugene Bosch van Oud-Amelisweerd waarbij boerderij Rijsbrug werd verkocht door het klooster La Communité du Bonsauenr. Waarbij de boerderij werd gekocht door de pachter Johannes Maria van Rooijen, wethouder in de gemeente Houten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022. Verkoopakte bij notaris jhr. Willem Eugene Bosch van Oud-Amelisweerd waarbij boerderij Rijsbrug werd verkocht door het klooster La Communité du Bonsauenr. Waarbij de boerderij werd gekocht door de pachter Johannes Maria van Rooijen, wethouder in de gemeente Houten. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022.


   

Portret van Elisabeth Charlotta Petronella Both Hendriksen, geboren 28 november 1809 in Utrecht en overleden 11 april in 1880. Echtgenote van Christiaan Willem Johan van baron van Boetzelaer, geboren 8 mei 1806 in Den Haag en overleden 18 april 1872 in Utrecht. Heer van Dubbeldam. Advocaat, rechter-plv. arrondissementsrechtbank te Utrecht, lid Ridderschap van Utrecht, lid Provinciale Staten van Utrecht, lid raad van Utrecht, kamerheer i.b.d. van Koning Willem I, Willem II en Willem III. Echtgenoot van. Gehuwd op 11 maart 1835 in Utrecht. Portret uit 1820-1825. Bron: Wikimedia Commons.. Portret van Elisabeth Charlotta Petronella Both Hendriksen, geboren 28 november 1809 in Utrecht en overleden 11 april in 1880. Echtgenote van Christiaan Willem Johan van baron van Boetzelaer, geboren 8 mei 1806 in Den Haag en overleden 18 april 1872 in Utrecht. Heer van Dubbeldam. Advocaat, rechter-plv. arrondissementsrechtbank te Utrecht, lid Ridderschap van Utrecht, lid Provinciale Staten van Utrecht, lid raad van Utrecht, kamerheer i.b.d. van Koning Willem I, Willem II en Willem III. Echtgenoot van. Gehuwd op 11 maart 1835 in Utrecht. Portret uit 1820-1825. Bron: Wikimedia Commons..


Portret van Christiaan Willem Johan van baron van Boetzelaer, geboren 8 mei 1806 in Den Haag en overleden 18 april 1872 in Utrecht. Heer van Dubbeldam. Advocaat, rechter-plv. arrondissementsrechtbank te Utrecht, lid Ridderschap van Utrecht, lid Provinciale Staten van Utrecht, lid raad van Utrecht, kamerheer i.b.d. van Koning Willem I, Willem II en Willem III. Echtgenoot van Elisabeth Charlotta Petronella Both Hendriksen . Met haar gehuwd op 11 maart 1835 in Utrecht. Portret uit 1850-1860. Bron: Wikimedia Commons. Portret van Christiaan Willem Johan van baron van Boetzelaer, geboren 8 mei 1806 in Den Haag en overleden 18 april 1872 in Utrecht. Heer van Dubbeldam. Advocaat, rechter-plv. arrondissementsrechtbank te Utrecht, lid Ridderschap van Utrecht, lid Provinciale Staten van Utrecht, lid raad van Utrecht, kamerheer i.b.d. van Koning Willem I, Willem II en Willem III. Echtgenoot van Elisabeth Charlotta Petronella Both Hendriksen . Met haar gehuwd op 11 maart 1835 in Utrecht. Portret uit 1850-1860. Bron: Wikimedia Commons.


Portret van Christiaan Willem Johan van baron van Boetzelaer, geboren 8 mei 1806 in Den Haag en overleden 18 april 1872 in Utrecht. Heer van Dubbeldam. Advocaat, rechter-plv. arrondissementsrechtbank te Utrecht, lid Ridderschap van Utrecht, lid Provinciale Staten van Utrecht, lid raad van Utrecht, kamerheer i.b.d. van Koning Willem I, Willem II en Willem III. Echtgenoot van Elisabeth Charlotta Petronella Both Hendriksen . Met haar gehuwd op 11 maart 1835 in Utrecht. Portret uit 1825-1830. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Christiaan Willem Johan van baron van Boetzelaer, geboren 8 mei 1806 in Den Haag en overleden 18 april 1872 in Utrecht. Heer van Dubbeldam. Advocaat, rechter-plv. arrondissementsrechtbank te Utrecht, lid Ridderschap van Utrecht, lid Provinciale Staten van Utrecht, lid raad van Utrecht, kamerheer i.b.d. van Koning Willem I, Willem II en Willem III. Echtgenoot van Elisabeth Charlotta Petronella Both Hendriksen . Met haar gehuwd op 11 maart 1835 in Utrecht. Portret uit 1825-1830. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Portret van Elisabeth Charlotta Petronella Both Hendriksen, geboren 28 november 1809 in Utrecht en overleden 11 april in 1880. Echtgenote van Christiaan Willem Johan van baron van Boetzelaer, geboren 8 mei 1806 in Den Haag en overleden 18 april 1872 in Utrecht. Heer van Dubbeldam. Advocaat, rechter-plv. arrondissementsrechtbank te Utrecht, lid Ridderschap van Utrecht, lid Provinciale Staten van Utrecht, lid raad van Utrecht, kamerheer i.b.d. van Koning Willem I, Willem II en Willem III. Echtgenoot van. Gehuwd op 11 maart 1835 in Utrecht. Portret uit 1850-1874. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Elisabeth Charlotta Petronella Both Hendriksen, geboren 28 november 1809 in Utrecht en overleden 11 april in 1880. Echtgenote van Christiaan Willem Johan van baron van Boetzelaer, geboren 8 mei 1806 in Den Haag en overleden 18 april 1872 in Utrecht. Heer van Dubbeldam. Advocaat, rechter-plv. arrondissementsrechtbank te Utrecht, lid Ridderschap van Utrecht, lid Provinciale Staten van Utrecht, lid raad van Utrecht, kamerheer i.b.d. van Koning Willem I, Willem II en Willem III. Echtgenoot van. Gehuwd op 11 maart 1835 in Utrecht. Portret uit 1850-1874. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


       

Het bakhuis bij boerderij Rijsbrug aan de Binnenweg 19 in Houten. Foto: Peter Koch. Het bakhuis bij boerderij Rijsbrug aan de Binnenweg 19 in Houten. Foto: Peter Koch.


   

Landgoed de Niënhof te Bunnik aan de Grotelaan 12

Gezicht op de voorgevel van het landhuis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik in 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 14054. Gezicht op de voorgevel van het landhuis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik in 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 14054.



Landgoed Niënhof, ook wel Nieuwenhof, is een natuurgebied aan de Grotelaan 12-16 in Bunnik, grenzend aan de Kromme Rijn. Landgoed Niënhof bestaat voornamelijk uit parkbos en agrarische grond. Het natuurgebied wordt beheerd door het Utrechts Landschap.


Een optocht van verkleden personen voor het landgoed de Niënhof te Bunnik in de periode 1900-1915. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 070, collectie Arie van der Gaag, Van der Brug. Een optocht van verkleden personen voor het landgoed de Niënhof te Bunnik in de periode 1900-1915. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 070, collectie Arie van der Gaag, Van der Brug.


       

Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985. Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Begin beschrijving van akte. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985.


Straatnaambord 'De Wetstein Pfisterlaan' te Driebergen-Rijsenburg in juni 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'De Wetstein Pfisterlaan' te Driebergen-Rijsenburg in juni 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Beschrijving van vast- en onroerend goed met perceelnummers. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985. Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Beschrijving van vast- en onroerend goed met perceelnummers. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985.


Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Beschrijving van vast- en onroerend goed met een totale grootte van 254 hectare. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985. Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Beschrijving van vast- en onroerend goed met een totale grootte van 254 hectare. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985.


Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Beschrijving van vast- en onroerend goed met perceelnummers. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985. Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Beschrijving van vast- en onroerend goed met perceelnummers. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985.


Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Machtiging tot verkoop van De Niënhof. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985. Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Machtiging tot verkoop van De Niënhof. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985.


Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Beschrijving van de verkoopsom van de buitenplaats De Niënhof. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985. Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Beschrijving van de verkoopsom van de buitenplaats De Niënhof. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985.


Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Einde van de akte met handtekeningen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985. Verkoopakte geschreven op zaterdag 1 maart 1924 van het landgoed en het huis De Niënhoff in Bunnik ten overstaan van notaris H.J. van Heijst te Wijk bij Duurstede verkocht Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek aan de heer Wetstein Pfister verkocht Duco De Niënhoff voor f. 900.000-, gulden. Einde van de akte met handtekeningen. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 063 2071 1924, 6937-7028 aktenummer: 6985.


Verkoopbrochure van de hofstede de Zeisteroever aan de Kromme Rijn ten noorden van het landgoed Rhijnauwen ten overstaan van notaris H.J. van Heijst uit Wijk bij Duurstede verkocht familie De Pesters uit Groesbeek de Zeisteroever. Eerder behoorde de hofstede Zeisteroever bij het huis De Niënhof. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 706. Verkoopbrochure van de hofstede de Zeisteroever aan de Kromme Rijn ten noorden van het landgoed Rhijnauwen ten overstaan van notaris H.J. van Heijst uit Wijk bij Duurstede verkocht familie De Pesters uit Groesbeek de Zeisteroever. Eerder behoorde de hofstede Zeisteroever bij het huis De Niënhof. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 706.


Verkoopbrochure van de hofstede de Zeisteroever aan de Kromme Rijn ten noorden van het landgoed Rhijnauwen ten overstaan van notaris H.J. van Heijst uit Wijk bij Duurstede verkocht familie De Pesters uit Groesbeek de Zeisteroever. Eerder behoorde de hofstede Zeisteroever bij het huis De Niënhof. Kaart van de te verkopen percelen en hofstede in blauw en groen geaereerd. Gemeente Zeist, sectie G. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 706. Verkoopbrochure van de hofstede de Zeisteroever aan de Kromme Rijn ten noorden van het landgoed Rhijnauwen ten overstaan van notaris H.J. van Heijst uit Wijk bij Duurstede verkocht familie De Pesters uit Groesbeek de Zeisteroever. Eerder behoorde de hofstede Zeisteroever bij het huis De Niënhof. Kaart van de te verkopen percelen en hofstede in blauw en groen geaereerd. Gemeente Zeist, sectie G. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 022, 706.


   

Landhuis

De voorgevel van landhuis De Niënhof op tekening. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas. De voorgevel van landhuis De Niënhof op tekening. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas.



In de middeleeuwen was het landgoed in het bezit van klooster Oostbroek. Van daaruit werd de nieuwe uithof Niënhof in gebruik genomen, een nien hof, in het Utrechtse dialect. Van 1685 tot 1923 waren huis en landgoed in bezit van het geslacht De Pesters.


De zijgevel van landhuis De Niënhof op tekening. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas. De zijgevel van landhuis De Niënhof op tekening. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas.



In 1882 kwam het goed in bezit van Coenradina de Pesters. Haar echtgenoot Gijsbert van Hardenbroek liet in 1892-94 een nieuw landhuis bouwen, waarbij een door L.A. Springer ontworpen tuin in Engelse landschapsstijl met slingervijver aangelegd werd. Het oude achttiende-eeuwse landhuis werd verbouwd tot koetsierswoning. Dit gebouw zou tegen het eind van de 20ste eeuw worden gerestaureerd en uitgebreid tot hoofdgebouw.


De zijgevel van landhuis De Niënhof op tekening. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas. De zijgevel van landhuis De Niënhof op tekening. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas.



Nadat zijn echtgenote in 1923 verongelukte, verkocht van Hardenbroek zijn bezittingen in Bunnik aan Frans de Wetstein Pfister, eigenaar van Heidestein, en verhuisde naar Driebergen. Naar verluidt was het landhuis niet erg comfortabel en niet voorzien van elektriciteit, maar er moest wel jaarlijks een hoge belasting voor betaald worden. Na de dood van de Wetstein Pfister liet zijn dochter in 1929 het gebouw daarom slopen.


De achtergevel van landhuis De Niënhof op tekening. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas. De achtergevel van landhuis De Niënhof op tekening. Bron: Het Utrechts Archief, Topografische Atlas.



Boerderij De Niënhof werd vele maken verbouwd. Het naastgelegen voormalige bakhuis en de voormalige paardenstal annex wagenberging zijn tot woningen verbouwd.


De bouw van 'De Niënhof' in 1893 aan de Grotelaan in Bunnik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55270, 11. De bouw van 'De Niënhof' in 1893 aan de Grotelaan in Bunnik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55270, 11.


Plan grondgebied landgoed De Niënhof uit 1837 aan de Grotelaan in Bunnik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55279, 11. Plan grondgebied landgoed De Niënhof uit 1837 aan de Grotelaan in Bunnik. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55279, 11.



Flora en Fauna

Landgoed De Niënhof te Bunnik aan de Grotelaan. Bron: Wikipedia Joostik - Eigen werk. Landgoed De Niënhof te Bunnik aan de Grotelaan. Bron: Wikipedia Joostik - Eigen werk.



Eind 19e eeuw werd de tuin gereorganiseerd in Engelse landschapsstijl, naar ontwerp van L.A. Springer. De overtuin, tussen de Grotelaan en de Kromme Rijn, werd ingericht als natuurterrein. In dit parkbos zijn de resten van een landschappelijke aanleg nog zichtbaar in de aanwezigheid van vijvers, boomgroepen en slingerpaadjes.

In het gebied leven onder andere de ringslang, smaragdlibel en ijsvogel. Het hoogopgaande essenbos laat veel licht door, waardoor er een rijke ondergroei ontstond in de vorm van geel nagelkruid, groot heksenkruid, fluitenkruid en Europese vogelkers. Voorkomende vogelsoorten zijn roodborst, winterkoning, ransuil, boomvalk en vele mezensoorten.


De Niënhof aan de Grotelaan in Bunnik in 1900. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55271, 11. De Niënhof aan de Grotelaan in Bunnik in 1900. Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55271, 11.



Kromme Rijn

De pont van Het Utrechts Landschap. Bron: Wikipedia Joostik - Eigen werk. De pont van Het Utrechts Landschap. Bron: Wikipedia Joostik - Eigen werk.



In 1995 werd in de Kromme Rijn een riviereilandenreservaat aangelegd met vijf riviereilanden. De eilanden raakten begroeid met wilgen en elzen. Dieren als libellen, vlinders, kikkers, muizen, vogels en vissen profiteren van deze weelderige vegetatie die zich op de glooiende oevers ontwikkelde.

Natuurlijke rivierprocessen als sedimentatie en erosie kunnen sinds 1996 hun gang gaan in een uitgegraven geul. Niënhof is door de provincie Utrecht aangewezen als aardkundig monument.[2] De oevers van deze oude meander bieden plaats aan allerlei oeverplanten, waaronder gele lis, koninginnenkruid en dotterbloem.

Overgenomen van Wikipedia Niënhof.


Plan grondgebied landgoed De Niënhof uit 1837 (fragment). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084 55280, 11. Plan grondgebied landgoed De Niënhof uit 1837 (fragment). Bron: Regionaal Archief Zuid-Utrecht (RAZU), 084, 55280, 11.



 Interieur huis de Niënhof 1920-1925 

Gezicht op de landerijen rond het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827017. Gezicht op de landerijen rond het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827017.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: eetkamer in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827006. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: eetkamer in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827006.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: hal aan de voorzijde van het huis in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827005. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: hal aan de voorzijde van het huis in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827005.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: salon, met doorgang naar de 2e salon in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer:	 827008. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: salon, met doorgang naar de 2e salon in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827008.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: zitkamer van baron Van Hardenbroek in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer:	 827007. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: zitkamer van baron Van Hardenbroek in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827007.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: hal in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827010. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: hal in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827010.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: 2e salon in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827009. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: 2e salon in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827009.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: zitkamer van Karel van Hardenbroek van Bergambacht, met aan de wand jachttrofeeën waaronder een tijgervel en op de vloer een olifantpoot als prullenbak in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827012. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: zitkamer van Karel van Hardenbroek van Bergambacht, met aan de wand jachttrofeeën waaronder een tijgervel en op de vloer een olifantpoot als prullenbak in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827012.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: trap naar de 1e verdieping en overloop in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer:	 827011. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: trap naar de 1e verdieping en overloop in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827011.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: kamer van freule Wennie (Wendy) in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer:	 827014. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: kamer van freule Wennie (Wendy) in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827014.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: 2e zitkamer van Karel van Hardenbroek van Bergambacht in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer:	827013. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: 2e zitkamer van Karel van Hardenbroek van Bergambacht in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827013.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: gang in het basement in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827016. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: gang in het basement in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 827016.


Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: keuken in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Utrechts Archief, catalogusnummer: 827015. Interieur van het huis De Niënhof (Grotelaan 12) te Bunnik: keuken in 1915-1925. Digitaal ingekleurd. Bron: Utrechts Archief, catalogusnummer: 827015.


  

 

E-mailen
Info